#2 , 12 mei 2010 15:03
“Art.82...§ 2. Wanneer het jaarlijks loon niet hoger is dan 16 100 EUR(door indexering gebracht op 30.322 EUR), bedraagt de opzeggingstermijn welke door de werkgever moet worden in acht genomen, ten minste drie maanden voor de bedienden die minder dan vijf jaar in dienst zijn...Indien de opzegging wordt gegeven door de bediende, worden de in het eerste en tweede lid bedoelde termijnen van opzegging tot de helft teruggebracht...”(3 JULI 1978. - Wet betreffende de arbeidsovereenkomsten).
‘De opzeggingstermijn kan in de loop van de termijn door onderlinge toestemming verlengd worden’(Cass. 5 november 1965,R.W. 1965-66,1395).
Hieruit kan men afleiden dat zulke verlenging met wederzijdse toestemming ook voordien kan bij arbeidsovereenkomst,INDIEN deze bepaling enkel van dwingend recht zou zijn ten gunste van de werknemer.
‘Art.9,al.1 en 2,is een dwingende bepaling ten gunste van de werknemer,maar niet ten gunste van de werkgever. Hieruit volgt dat bij ontstentenis van geschrift de werkgever deze wetsbepaling niet mag inroepen om te vorderen dat de voor een bepaalde tijd gesloten arbeidsovereenkomst zou worden beschouwd als een arbeidsovereenkomst van onbepaalde duur‘[Cass. 22 januari 2007(Van Den M./W.J.),R.W.2007-08,612-613].
ZOU art.82 Arbeidsovereenkomstenwet een dwingende bepaling ten gunste van de werknemer zijn,maar niet ten gunste van de werkgever dan kan hiervan ten gunste van de werknemer geldig afgeweken worden in de arbeidsovereenkomst.
Ga naar Belgische wetgeving in JUSTEL-databanken van Belgisch Staatsblad. Klik voor WetBOEKEN achter ’Juridische aard’. Op afkondigingsdatum vindt u de overige akten. Inzake FEDERALE fiscale wetgeving zie http://www.fisconetplus.be/