Bij het nakijken van ons aanslagbiljet merkte ik iets merkwaardig op bij de berekening van de belastingsvermindering voor de woonbonus.
Het gaat om een lening van voor 2015. In onze aangifte hebben we beiden het maximum opgegeven van €3040 in de vakken 3370 en 4370.
Beiden hebben we een marginaal tarief van 45%. De vermindering voor mezelf stemt overeen met wat ik verwacht (€3040 x 45% = €1368).
Bij mijn partner is dit bedrag echter lager en ik begrijp niet waarom.
Het is echter wel zo dat voor haar de gewestelijke belasting lager ligt dan het voordeel en er dus een overschot is.
De vermindering is €537,49 en het opgegeven overschot is €734,43. Samen geeft dit €1271,92.
De som van de twee is dus lager dan hetgeen ik zou verwachten (€1368).
Wat zou hiervan de oorzaak kunnen zijn?
GEWESTELIJKE BELASTING
Gewestelijke Belasting
7.344,24 X33,257 % = 2.442,47
1.616,16 X33,257 % = 537,49
- Gezamenlijk belastbaar ink. 2.442,47 537,49
Gewestelijke verminderingen
- Dienstencheques 159,70- 3364
- Eigen woning (lening) vóór 2015 1.368,00- 3370 537,49- 4370
Saldo gewestelijke belasting 914,77 0,00
- Gezamenlijk belastbaar ink. 914,77 0,00
Gewestelijke verminderingen: overschot
- Eigen woning (lening) vóór 2015 734,43- 4370
- Omzetbare belastingkredieten
- Dienstencheques 110,30-
Saldo gewestelijke belasting 844,73-