JuridischForum.be

Beste,
Een feitelijk samenwonend koppel (1 kind) heeft een huis gekocht in 2011. Om diverse redenen eigendomsakte : 76% man, 24% vrouw. Er is gezamelijk (hoofdelijk en ondeelbaar) een hypothecaire lening van 240.000 € aangegaan, hypothecaire inschrijving voor 170.000 €. In 2011 werden 6.513,64 € intresten en 6.722,72 € kapitaal terugbetaald, tesamen 13.236,36 €. Beiden hebben recht op aftrek enige woning. Volgens mijn berekeningen zou :
a) de man 13.236,36 € x 170/240 x 0,76 = 7.125,57 € kunnen aftrekken, beperkt tot 2.830,00 €
b) de vrouw 13.236,36 € x 170/240 x 0,24 = 2.250,18 € kunnen aftrekken. En dus niet het maximum van 2.830,00 € kunnen bereiken?
Indien beiden huwen of verklaring van wettelijk samenwonen afleggen bv in 2012, zou de vrouw - gegeven zelfde orde van grootte der terugbetalingen - wel tot 2.830,00 € kunnen aftrekken, gezien de mogelijkheid tot vrije verdeling van de financiële lasten op dat moment. Dit zou in dit voorbeeld pas kunnen vanaf het aanslagjaar 2014 (inkomsten 2013)?
Hartelijk dank voor reactie,
Rob

Feitelijk samenwonende koppels die samen lenen voor hun woning, moeten de maandlasten van het krediet verdelen volgens de eigendomsverhouding van elke partner in de woning.

Gehuwden en wettelijk samenwonende koppels die samen lenen voor hun woning, mogen de maandlasten van het krediet en afgesloten onder de woonbonus vrij verdelen onder elkaar.

Dus bij trouwen of wettelijk samenwonen in 2012 pas ten vroegste vij te verdelen in de aangifte van AJ2014

KristofKDB,
Dank voor je antwoord, het bevestigt wat ik al stelde.

Het lijkt me echter onlogisch het criterium van eigendomsverhouding in de woning te weerhouden. Het lijkt me logischer de verhouding in de leningslasten te weerhouden. Vooral daar die aftrek compenserend bedoeld is voor, en tevens als voorwaarde heeft, een HYPOTHECAIRE LENING.
Stel bv een woning van 400.000 €. Stel contante inbreng van de jongen van bv 150.000 €. Het saldo, zijnde 250.000 € wordt via hypothecaire lening (hoofdelijk en ondeelbaar) gefinancieerd. Dan lijkt het me logischer dat de aftrek voor de enige woning, enkel voortvloeiend uit die hypothecaire lening!, dezelfde is voor beiden.

Dus lijkt me die clausule van eigendomsverhouding van elke partner in de woning weer een voorbeeld van kunst- en vliegwerk. Deze is enkel billijk als de verhouding van hypothecaire lening(en) klopt met de eigendomsverhouding van de woning, hetgeen bij contante inbreng van één der partijen nooit het geval is.