Hallo,
Ik zou graag beleggen op een fiscaal optimale manier maar zonder te frauderen.
Nu heb ik een momenteel een belastbaar inkomen van € 0 en kan daardoor gebruikmaken van hetgeen in puntje 5 van dit artikel beschreven staat: http://www.vrijblijvendadvies.be/__page_Artikel.asp?i=1
Ik kan dus de betaalde roerende voorheffing recupereren tot mijn belastingsvrije schijf vol zit.
Ik ben echter getrouwd onder het wettelijke stelsel en normaliter zou dan volgende van toepassing zijn:
De roerende inkomsten van echtgenoten die een gemeenschappelijke aangifte indienen, moeten worden aangegeven volgens het huwelijksstelsel.
Echtgenoten die gehuwd zijn onder het wettelijke stelsel, moeten elk de helft van de inkomsten aangeven. In alle andere gevallen moeten de inkomsten die deel uitmaken van het eigen vermogen van een van beide echtgenoten vermeld worden op naam van deze echtgenoot en moeten de gemeenschappelijke inkomsten voor de helft vermeld worden door elk van beide echtgenoten.
Dit staat hier beschreven:http://www.belgium.be/nl/belastingen/in ... inkomsten/
En is een gevolg van Artikel 127 4° van het WIB:
Artikel 127, WIB 92 (aj. 2013)
Wanneer een gemeenschappelijke aanslag wordt gevestigd, wordt bij de vaststelling van het totale netto-inkomen van elke belastingplichtige rekening gehouden met:
1° het deel van zijn beroepsinkomsten zoals bepaald na toepassing van de artikelen 86 tot 89;
2° de door hem behaalde of aan hem toegekende inkomsten vermeld in artikel 90, 1° tot 4°, en 12°;
3° de niet in 1° en 2° vermelde inkomsten die eigen zijn op grond van het vermogensrecht;
4° 50 pct van de totaliteit van alle andere inkomsten van beide belastingplichtigen.
In de stukken die ik heb onderlijnd blijkt dus dat het huwelijksstelsel relevant is voor degenen die een gemeenschappelijke aangifte indienen.
Artikel 126 § 2 stipuleert echter een aantal gevallen waarin er geen gemeenschappelijke aangifte wordt gevestigd en laat dat nu net mijn geval zijn.
Artikel 126, WIB 92 (aj. 2013)
§ 1. In geval van huwelijk of wettelijke samenwoning wordt een gemeenschappelijke aanslag op naam van de beide echtgenoten gevestigd. Deze gemeenschappelijke aanslag belet niet dat het belastbare inkomen van elke echtgenoot afzonderlijk wordt vastgesteld.
§ 2. In de volgende gevallen is § 1 niet van toepassing:
1° voor het jaar van het huwelijk of de verklaring van wettelijke samenwoning;
2° vanaf het jaar na dat waarin de feitelijke scheiding heeft plaatsgevonden, voor zover die scheiding in het belastbare tijdperk niet ongedaan is gemaakt;
3° voor het jaar van de ontbinding van het huwelijk of van de scheiding van tafel en bed of van de beëindiging van de wettelijke samenwoning;
4° wanneer een echtgenoot beroepsinkomsten heeft van meer dan 9.810 EUR (basisbedrag 6.700 EUR) die bij overeenkomst zijn vrijgesteld en die niet in aanmerking komen voor de berekening van de belasting op zijn andere inkomsten.
Is het dan correct om te concluderen dat het huwelijksstelsel dan op fiscaal vlak niet van toepassing is en dat dus dividenden en intresten die van een effectenrekening op mijn naam (ook al is het geld waarmee de effecten zijn gekocht van mij en mijn vrouw) 100% in mijn aangifte opgegeven kunnen worden? Vermogensrechtelijk is alles dus van mij en mijn vrouw maar fiscaal gezien horen ze mij toe.
Als ik slechts 50% kan aangeven kan ik maar 50% van de roerende voorheffing recupereren daar mijn vrouw een inkomen geniet dat hoger ligt dan de belastingvrije schijf.
Ik ben benieuwd wat jullie er van denken.
- Winston
- Juridisch actief: Ja
- Regio: België
Benieuwd naar jouw juridische opties? Winston begeleidt jou aan de geschikte oplossing.
Klik hier om jouw situatie te beschrijven en we nemen binnen de 24 uur met jou contact op voor persoonlijke begeleiding
Het antwoord is duidelijk: ook wanneer jullie twee aparte aangiftes moeten indienen is het vermogensrecht van toepassing. Men kan NOOIT inkomens van een andere persoon in zijn persoonlijke aangifte vermelden, enkel inkomens die u toebehoren (ik vermoed dat u zich in het geval van §2. 4° bevindt?).
U kan dus slechts 50 percent van jullie gezamenlijke roerende inkomsten in uw eigen aangifte vermelden.
U kan dus slechts 50 percent van jullie gezamenlijke roerende inkomsten in uw eigen aangifte vermelden.
Iedere wijze uil is ooit een uilskuiken geweest.
Bedankt voor je reactie.
Ik vind het toch vreemd:
Voor de gemeenschappelijke aanslag in het Wetboek Inkomstenbelasting staat dat een belastingsplichtige rekening moet houden met (wat vereenvoudigt)
1°: zijn beroepsinkomsten
2°: een paar specifieke inkomsten
3°: de inkomsten die hem eigen zijn op basis van het vermogensrecht
4°: de andere (dus de gemeenschappelijke uitgezonderd die dat al in behoren tot 1° en 2°) inkomsten moeten voor 50% worden aangeven.
1° en 2° zijn dus eigenlijk "uitzonderingen" waarbij het vermogensrecht niet van toepassing is voor de belastingsaangifte. 3° en 4° zijn wel conform het vermogensrecht.
Voor de individuele aanslag staat er niets over met welke inkomsten rekening gehouden moeten worden in de aangifte.
Jouw stelling is dat voor de individuele aangifte het vermogensrecht simpelweg van toepassing is en ik dus 50% moet aangeven van mijn roerende inkomsten (wettelijk stelsel).
Maar volgens het wettelijk stelsel is mijn beroepsinkomen (€ 0 omdat ik bij inderdaad in het geval van §2. 4° bevindt) ook van haar en haar beroepsinkomen van mij. Dus als jouw stelling klopt zou ik 50% van haar inkomen bij mij kunnen aangeven. Want 1° is niet van toepassing vermits het een individuele aanslag betreft.
Zou natuurlijk mooi zijn want de helft van haar inkomen bij mij belasten is fiscaal zeer interessant maar het lijkt mij sterk als ik dat echt zou mogen doen.
Heb ik een goed punt of begrijp ik het volledig verkeerd?
Ik vind het toch vreemd:
Voor de gemeenschappelijke aanslag in het Wetboek Inkomstenbelasting staat dat een belastingsplichtige rekening moet houden met (wat vereenvoudigt)
1°: zijn beroepsinkomsten
2°: een paar specifieke inkomsten
3°: de inkomsten die hem eigen zijn op basis van het vermogensrecht
4°: de andere (dus de gemeenschappelijke uitgezonderd die dat al in behoren tot 1° en 2°) inkomsten moeten voor 50% worden aangeven.
1° en 2° zijn dus eigenlijk "uitzonderingen" waarbij het vermogensrecht niet van toepassing is voor de belastingsaangifte. 3° en 4° zijn wel conform het vermogensrecht.
Voor de individuele aanslag staat er niets over met welke inkomsten rekening gehouden moeten worden in de aangifte.
Jouw stelling is dat voor de individuele aangifte het vermogensrecht simpelweg van toepassing is en ik dus 50% moet aangeven van mijn roerende inkomsten (wettelijk stelsel).
Maar volgens het wettelijk stelsel is mijn beroepsinkomen (€ 0 omdat ik bij inderdaad in het geval van §2. 4° bevindt) ook van haar en haar beroepsinkomen van mij. Dus als jouw stelling klopt zou ik 50% van haar inkomen bij mij kunnen aangeven. Want 1° is niet van toepassing vermits het een individuele aanslag betreft.
Zou natuurlijk mooi zijn want de helft van haar inkomen bij mij belasten is fiscaal zeer interessant maar het lijkt mij sterk als ik dat echt zou mogen doen.
Heb ik een goed punt of begrijp ik het volledig verkeerd?
-
basejumper
- Berichten: 5174
- Locatie: Diest
Als een van de twee partners weinig of bijna niet werkt, ben je ook beter af als gehuwde (of wettelijk samenwonende) dankzij de huwelijkscoëfficiënt. Dat is een systeem waarbij een deel van het inkomen van de ene partner fictief wordt overgeheveld naar de andere partner om de belastingen te berekenen. Dat heeft een voordeel, omdat de belastingen in ons land progressief zijn. Dat betekent dat naarmate je meer verdient, je belastingtarief ook hoger wordt. Door een stuk van het inkomen van de ene partner naar de andere over te hevelen, verdwijnt een stuk van de hoogste belastingtarieven bij de ene en wordt het tegen een lager tarief bij de andere belast. (30 % van het inkomen met een maximum van 10.090 € inkomsten 2013) Indien je gehuwd bent zal je dus wél beroepsinkomsten hebben, namelijk diegene overgedragen ingevolgde deze correctie.
Uit zelfbeheersing groeit de Kracht.
Zelfkennis brengt ons tot Wijsheid.
Zelfvervolmaking leidt ons tot Schoonheid.
Zelfkennis brengt ons tot Wijsheid.
Zelfvervolmaking leidt ons tot Schoonheid.
Hallo Basejumper,
Het huwelijkscoëfficiënt is enkel mogelijk indien een gemeenschappelijke aanslag wordt gevestigd.
Artikel 126, WIB 92 specifieert in welke gevallen een gemeenschappelijke aanslag wordt gevestigd en ik val onder volgende uitzondering: 4° wanneer een echtgenoot beroepsinkomsten heeft van meer dan 9.810 EUR (basisbedrag 6.700 EUR) die bij overeenkomst zijn vrijgesteld en die niet in aanmerking komen voor de berekening van de belasting op zijn andere inkomsten.
Ik kan dus niet gebruik maken van het huwelijkscoëfficiënt ook al ben ik gehuwd.
Toch bedankt voor de tip
Het huwelijkscoëfficiënt is enkel mogelijk indien een gemeenschappelijke aanslag wordt gevestigd.
Artikel 126, WIB 92 specifieert in welke gevallen een gemeenschappelijke aanslag wordt gevestigd en ik val onder volgende uitzondering: 4° wanneer een echtgenoot beroepsinkomsten heeft van meer dan 9.810 EUR (basisbedrag 6.700 EUR) die bij overeenkomst zijn vrijgesteld en die niet in aanmerking komen voor de berekening van de belasting op zijn andere inkomsten.
Ik kan dus niet gebruik maken van het huwelijkscoëfficiënt ook al ben ik gehuwd.
Toch bedankt voor de tip
personx: U begrijpt het verkeerd.
Uiteraard staat er in de wet niet vermeld over welke inkomsten het gaat ingeval van individuele aanslag. Dan gaat het immers steeds over de inkomsten zoals in het algemeen bepaald in het WIB.
Beroepsinkomsten kunnen enkel via het "huwelijksquotient" worden toegewezen aan de andere echtgenoot. Op geen enkele andere wijze en dat geldt voor eender welk huwelijkscontract.
In principe zou dus een deel van de inkomsten van uw echtgenote kunnen worden toegewezen aan u. Echter om die mogelijkheid uit te sluiten (jaren geleden ging dat wel) heeft men op een gegeven ogenblik de verplichting ingevoerd -voor de situatie waarin u zich bevindt- om twee aparte aangiftes in te dienen voor man en vrouw. Daardoor hebben ze die mogelijkheid op wettige wijze "kortgesloten", zoals ook blijkt uit arresten van het Europese Gerechtshof (enkele personen hebben die maatregel zonder succes aangevochten).
Dus: wat betreft beroepsinkomsten worden jullie apart belast (uzelf niets wegens vrijstelling; echtgenote op haar volledig beroepsinkomen want geen huwelijksquotiënt);
wat betreft andere inkomsten, die moeten ook apart worden belast; en om die overige inkomsten vast te stellen moet men naar het huwelijkstelsel kijken teneinde die aan ieder van de twee personen toe te wijzen: in uw geval dus wegens wettelijk stelsel ieder 50 percent (in de praktijk geeft enkel u 50 percent aan want aangifte is vrijblijvend en echtgenote zou er de gemeentebelasting nog bovenop krijgen indien ze haar deel van de roerende inkomten zou aangeven...).
Uzelf kunt jaarlijks tot 1817 EUR RV terugkrijgen via uw belastingsaangifte. Maar u vangt wel achter het net op het vlak van mogelijke voordelen zoals woonbonus, belastingsvermindering/belastingskrediet dienstencheques, enz.enz.
Wat ik hier schrijf is geen "stelling" maar 100 percent zeker.
ps: enkel indien jullie waren gehuwd met volledige scheiding van goederen en alle roerende inkomsten op uw naam stonden zou het mogelijk zijn 100 percent aan te geven, maar recuperatie van RV wel beperkt op grond van uw eigen belastingsvrije som
Uiteraard staat er in de wet niet vermeld over welke inkomsten het gaat ingeval van individuele aanslag. Dan gaat het immers steeds over de inkomsten zoals in het algemeen bepaald in het WIB.
Beroepsinkomsten kunnen enkel via het "huwelijksquotient" worden toegewezen aan de andere echtgenoot. Op geen enkele andere wijze en dat geldt voor eender welk huwelijkscontract.
In principe zou dus een deel van de inkomsten van uw echtgenote kunnen worden toegewezen aan u. Echter om die mogelijkheid uit te sluiten (jaren geleden ging dat wel) heeft men op een gegeven ogenblik de verplichting ingevoerd -voor de situatie waarin u zich bevindt- om twee aparte aangiftes in te dienen voor man en vrouw. Daardoor hebben ze die mogelijkheid op wettige wijze "kortgesloten", zoals ook blijkt uit arresten van het Europese Gerechtshof (enkele personen hebben die maatregel zonder succes aangevochten).
Dus: wat betreft beroepsinkomsten worden jullie apart belast (uzelf niets wegens vrijstelling; echtgenote op haar volledig beroepsinkomen want geen huwelijksquotiënt);
wat betreft andere inkomsten, die moeten ook apart worden belast; en om die overige inkomsten vast te stellen moet men naar het huwelijkstelsel kijken teneinde die aan ieder van de twee personen toe te wijzen: in uw geval dus wegens wettelijk stelsel ieder 50 percent (in de praktijk geeft enkel u 50 percent aan want aangifte is vrijblijvend en echtgenote zou er de gemeentebelasting nog bovenop krijgen indien ze haar deel van de roerende inkomten zou aangeven...).
Uzelf kunt jaarlijks tot 1817 EUR RV terugkrijgen via uw belastingsaangifte. Maar u vangt wel achter het net op het vlak van mogelijke voordelen zoals woonbonus, belastingsvermindering/belastingskrediet dienstencheques, enz.enz.
Wat ik hier schrijf is geen "stelling" maar 100 percent zeker.
ps: enkel indien jullie waren gehuwd met volledige scheiding van goederen en alle roerende inkomsten op uw naam stonden zou het mogelijk zijn 100 percent aan te geven, maar recuperatie van RV wel beperkt op grond van uw eigen belastingsvrije som
Iedere wijze uil is ooit een uilskuiken geweest.
Hallo Roharro,
Alles wat u schrijft is duidelijk voor mij behalve waarom beroepsinkomsten anders behandelt worden dan roerende inkomsten bij de individuele aanslag:
Volgens het wettelijk stelsel zijn gemeenschappelijke goederen:
beroepsinkomsten zoals lonen, wedden, werkloosheidsuitkeringen, ...
inkomsten uit eigen goederen zoals huurgelden van een eigen woning
interesten van obligaties die de echtgenoten al voor het huwelijk bezaten
alle goederen waarvan niet kan worden bewezen dat ze eigendom zijn van een van de echtgenoten
Dus tenzij het WIB ergens vermeldt dat beroepsinkomsten anders aangegeven moeten worden dan roerende inkomsten (wat expliciet het geval is voor de gemeenschappelijke aangifte, maar ik vind geen algemene bepalingen in het WIB die ook op de individuele aanslag van toepassing zijn) zou ik denken dat zowel de beroepsinkomsten als de roerende inkomsten op dezelfde manier behandelt moeten worden.
Ik veronderstel dat ik dus ergens een bepaling over het hoofd zie voor de beroepsinkomsten?
Alles wat u schrijft is duidelijk voor mij behalve waarom beroepsinkomsten anders behandelt worden dan roerende inkomsten bij de individuele aanslag:
Volgens het wettelijk stelsel zijn gemeenschappelijke goederen:
beroepsinkomsten zoals lonen, wedden, werkloosheidsuitkeringen, ...
inkomsten uit eigen goederen zoals huurgelden van een eigen woning
interesten van obligaties die de echtgenoten al voor het huwelijk bezaten
alle goederen waarvan niet kan worden bewezen dat ze eigendom zijn van een van de echtgenoten
Dus tenzij het WIB ergens vermeldt dat beroepsinkomsten anders aangegeven moeten worden dan roerende inkomsten (wat expliciet het geval is voor de gemeenschappelijke aangifte, maar ik vind geen algemene bepalingen in het WIB die ook op de individuele aanslag van toepassing zijn) zou ik denken dat zowel de beroepsinkomsten als de roerende inkomsten op dezelfde manier behandelt moeten worden.
Ik veronderstel dat ik dus ergens een bepaling over het hoofd zie voor de beroepsinkomsten?
Ik heb het wetboek niet bij de hand, maar zoals ik -alsook "basejumper"- vermeldde is de enige "verschuiving" van beroepsinkomsten die FISCAAL mogelijk is de toepasing van de huwelijksquotient.
En dat geldt onafgezien van het type huwelijkscontract.
bewijs uit het ongerijmde: een gehuwd paar dat WEL een gemeenschappelijke aangifte moet indienen verdelen hun beroepsinkomsten toch ook niet in twee gelijke helften (zelfs onder het wettelijk stelsel)?
En dat geldt onafgezien van het type huwelijkscontract.
bewijs uit het ongerijmde: een gehuwd paar dat WEL een gemeenschappelijke aangifte moet indienen verdelen hun beroepsinkomsten toch ook niet in twee gelijke helften (zelfs onder het wettelijk stelsel)?
Iedere wijze uil is ooit een uilskuiken geweest.