Stukken (de e-mails) die u in de procedure wil gebruiken moet u tijdig (ten laatste met uw besluiten) aan de tegenpartij overmaken. U moet ze in principe minstens 15 dagen voor de zitting ter griffie neerleggen.
Uw stukken niet aan de besluiten hechten maar in een afzonderlijke map ter griffie neerleggen.
Over de bewijslast en art. 870 Gerechtelijk Wetboek valt veel te vertellen. De eisende partij moet in eerste instantie de feiten vermelden waarop zij haar vordering steunt. Zij heeft een aanvoeringsplicht. Wanneer de tegenpartij deze feiten niet betwist mag de rechter aanvaarden dat deze feiten bewezen zijn, zonder dat de partij die deze feiten aanvoert ze ook effectief moet bewijzen (Cass., 10 mei 2001, rolnummer C.99.0355.F,
http://jure.juridat.just.fgov.be" onclick="window.open(this.href);return false;).
In de mate dat u kan bewijzen dat wat de tegenpartij vertelt niet juist is doet u er best aan deze bewijzen ook te gebruiken.