U meent dat deze reis "het beste" is voor de kinderen.
Dit wordt hoegenaamd door niemand tegengesproken voor wat betreft uw meerderjarige dochter.
Wat betreft de minderjarige dochter:
- dient u zich juridisch aan het vonnis te houden, of voor een gewijzigd vonnis te gaan,
- tenzij u met de andere co-ouder kan overéénkomen.
Vanuit uw co-ouderschap lijkt mij; deze laatste optie alvast de beste voor jullie minderjarige kind.
Gezien alle begrip dat u reeds jaren meent op te brengen voor de vader; zou dit geen probleem mogen vormen.
U verhaalt echter dat vader wel bezwaren heeft... qua bemiddeling zou u dus beter rechtstreeks contact kunnen opnemen met de vader.
Hem bijvoorbeeld kunnen aangeven deze reis 'samen' aan te bieden aan de kinderen.
Zodat jullie kinderen niet de indruk krijgen dat ze worden misdeeld door hun vader.
Wellicht neemt dit het nodige kwaadbloed weg bij vader...
En uiteindelijk was het wellicht mede zijn verdienste dat u deze belofte jaren geleden KON doen.
Indien dit voor u onoverkomelijk blijkt te zijn, kan u, over twee jaar, éénzelfde reis organiseren voor jullie jongste,
waarmede u uw belofte nakomt en waartegen u geen weerstand meer hoeft te verwachten.
Zoniet rest u de optie om naar de rechtbank te stappen, en het vonnis te laten herzien, u krijgt dan
wellicht een nog meer verbitterde vader tegen...
De verantwoordelijkheid inzake meenemen van jullie jongste dochter, ligt, mijn inziens, bij u
en niet bij jullie oudste dochter. Een rechter zou dit wel eens kunnen afstraffen als het opzetten van de kinderen
tegen hun vader, terwijl er voldoende andere opties openstaan(?) al was het maar vanuit het oogpunt van uw co-ouderschap.