#3 , 26 okt 2013 12:49
In aanvulling van dit advies toch even mijn wedervaren in deze.
Na verzoekschrift te hebben neergelegd, werd een 'inleidende zitting' ingelegd door de Jeugdrechtbank.
Concreet werden de standpunten van beide ouders kenbaar gemaakt aan de Jeugdrechter, inzake de verblijfsregeling van de kinderen, alimentatie, ...
De feiten die aan de Rechter worden voorgelegd schaden de belangen van de kinderen.
Enkele weken later blijkt dan een zitting te volgen ten gronde.
Mijn advocaat wenstte me te overtuigen dat ik daar absoluut niet diende bij te zijn, daar er niets zou worden beslist...
Een week later mag ik een schrijven ontvangen van de Jeugdrechtbank:
op vraag van BEIDE partijen zou
de zaak zijn uitgesteld tot na de procedure van Vereffening en Verdeling.
M.a.w. ondanks de Jeugdrechtbank tot twee maal toe werd gevat, zou het de Rechter moeten duidelijk zijn dat:
één der partijen gegronde reden bezit om zijn oordeel te verzoeken.
Advocaten die onderhandse afspraken maken zonder hun clienten daarin te
kennen, zou bij de jeugdrechter een alarmbel moeten activeren, om extra alert te zijn inzake de belangen van de kinderen.
Dit is immers zijn verantwoordelijkheid!
Gevolg: ruim vijf jaren later is de procedure van Vereffening en Verdeling nog steeds lopende, de
Jeugdrechtbank liet daarmede haar kans onbenut om de belangen van de kinderen te verdedigen.
Met alle gevolgen van dien... de kinderen zijn heden allen meerderjarig en de Jeugdrechtbank zette zich
daarmede zelf buiten spel, inzake haar plichten. De advocaat kuiste zijn schub af...
Laat u gewaarschuwd zijn!