“Art.126.§ 1. In geval van huwelijk of wettelijke samenwoning wordt een gemeenschappelijke aanslag op naam van de beide echtgenoten gevestigd. Deze gemeenschappelijke aanslag belet niet dat het belastbare inkomen van elke echtgenoot afzonderlijk wordt vastgesteld.§ 2. In de volgende gevallen is § 1 niet van toepassing :...2° vanaf het jaar na dat waarin de feitelijke scheiding heeft plaatsgevonden...”(WIB=Wetboek Inkomstenbelastingen 10 april 1992).
Ik ga ervan uit dat het een aanslag betreft van vóór ‘het jaar na dat waarin de feitelijke scheiding heeft plaatsgevonden‘,zodat de aanslag terecht gemeenschappelijk was.
“Art.1278...Ten aanzien van de echtgenoten, wat hun goederen betreft, werkt het (echtscheidingsvonnis) terug tot op de dag waarop de vordering is ingesteld...”(Gerechtelijk Wetboek).
Indien de aanslag voorafging aan het instellen van voornoemde vordering dan behoort het bedrag ervan toe aan het ‘gemeenschappelijk vermogen‘.
Wordt dit gemeenschappelijk vermogen na echtscheiding verdeeld dan geldt onder het wettelijk stelsel : “Art.1445.Indien er een batig saldo is,wordt dit bij helften verdeeld”(B.W.).Zie ook art.577-2,§2 B.W. in geval van ‘onverdeeldheid’.
Ga volledigheidshalve naar
http://www.fisconet.fgov.be/ en naar (geconsolideerde wetgeving) onder Belgisch Staatsblad in
http://just.fgov.be .Klik voor WetBOEKEN in de balk achter ’Juridische aard’ op het omgekeerd driehoekje uiterst rechts.