“Art.203.§ 1. De
ouders dienen naar evenredigheid van hun middelen te zorgen voor de huisvesting, het levensonderhoud, het toezicht, de opvoeding en de opleiding van hun kinderen. Indien de
opleiding niet voltooid is, loopt de verplichting door na de meerderjarigheid van het kind......”(B.W.= Burgerlijk Wetboek).
Een stiefouder is geen ‘ouder’ in de zin van art.203 B.W. en heeft dus
geen bijdrageplicht ten aanzien van zijn stiefkind.
“Art.104.Binnen de
grenzen en onder de
voorwaarden bepaald in de artikelen 107 tot 116, worden van het totale netto-inkomen de volgende bestedingen afgetrokken, in zover zij in het belastbare tijdperk
werkelijk zijn betaald :1° 80 pct. van de onderhoudsuitkeringen die de belastingplichtige regelmatig heeft betaald aan personen die niet deel uitmaken van zijn gezin, wanneer ze zijn betaald ter uitvoering van
een verplichting op grond van het Burgerlijk of het Gerechtelijk Wetboek...”(Wetboek Inkomstenbelastingen 10 april 1992).
Bij ontbreken van ‘ter uitvoering van een verplichting’ is er ook geen aftrekbaarheid.
Ga volledigheidshalve naar
http://www.fisconet.fgov.be/