U kan altijd een bewijs van woonst vragen wegens geding bij de dienst bevolking, zij zijn verplicht u dit te overhandigen tegen een vergoeding. ( meestal € 6)
Als u een bewijs van woonst vraagt voor zoon X krijgt u zijn adresgegevens. Komen deze niet overeen met het adres van het pand dat u huurde, dan heeft u een grond van geding.
De huurwet zegt immers zeer duidelijk in art 3.
§ 2. De verhuurder kan de huurovereenkomst evenwel te allen tijde beëindigen met inachtneming van een opzeggingstermijn van zes maanden, indien hij voornemens is het goed persoonlijk en werkelijk te betrekken of het op dezelfde wijze te laten betrekken door zijn afstammelingen, zijn aangenomen kinderen, zijn bloedverwanten in opgaande lijn, zijn echtgenoot, door diens afstammelingen, bloedverwanten in opgaande lijn en aangenomen kinderen, door zijn bloedverwanten in de zijlijn en de bloedverwanten in de zijlijn van zijn echtgenoot tot in de derde graad. (Wordt de opzegging gegeven opdat bloedverwanten in de derde graad het goed kunnen betrekken, dan kan de opzeggingstermijn niet verstrijken voor het einde van de eerste driejarige periode vanaf de inwerkingtreding van de huurovereenkomst.) <W>
De opzegging vermeldt de identiteit van de persoon die het goed zal betrekken en de band van verwantschap met de verhuurder. (Deze laatste moet op verzoek van de huurder de band van verwantschap bewijzen. De verhuurder moet aan dit verzoek voldoen binnen een termijn van twee maanden te rekenen van de kennisgeving ervan; zoniet kan de huurder de nietigverklaring van de opzegging vorderen. Die vordering moet op straffe van verval uiterlijk twee maanden voor het verstrijken van de opzeggingstermijn worden ingesteld.) <W>
(Het goed moet binnen een jaar na het verstrijken van de opzegging door de verhuurder of, in geval van verlenging, na de teruggave van het goed door de huurder, worden betrokken. Het goed moet gedurende ten minste twee jaar werkelijk en doorlopend betrokken blijven.) <W>
Indien de verhuurder, zonder het bewijs te leveren van buitengewone omstandigheden, binnen de gestelde termijn en voorwaarden de betrekking van het goed niet verwezenlijkt, heeft de huurder recht op een vergoeding die gelijk is aan achttien maanden huur.
(De partijen kunnen evenwel overeenkomen om de mogelijkheid van vroegtijdige beëindiging uit te sluiten of te beperken.) <W>
Als een andere zoon het pand wil betrekken dan zal de verhuurder zijn vorige opzeg dienen te annuleren en een nieuwe opzegperiode aangaan voor de andere zoon. (hopelijk heeft hij niet teveel wispelturige kinderen...)
Indien dit niet gebeurt en de huidige huurder verlaat het pand zoals verzocht en deze stelt 1 jaar na het verlaten van het pand vast dat het niet bewoond is door de persoon vermeld in zijn opzeg, dan kan deze huurder naar het vredegerecht gaan en daar verzoeken om de schadevergoeding die hij wettelijk mag eisen. De vrederechter zal dan verplicht zijn te vonnissen. Er bestaat een kleine mogelijkheid dat de vrederechter rekening zal houden met de nauwe bloedband tussen X en Y.
Kort gezegd, u zal 1 jaar nadat u het pand heeft verlaten naar de gemeente moeten gaan met uw opzegbrief en een bewijs van woonst vragen, vooraleer u via het vredegerecht aanspraak kan maken op de schadevergoeding wegens onrechtmatige opzeg.