Handelshuur problemen

Don F.
Topic Starter
Berichten: 14

Handelshuur problemen

#1 , 26 mar 2011 13:45

Beste allemaal,

Alweer een tijd geleden dat ik hier nog eens op het forum was.

Ik zit momenteel met het volgende.

Ik huur een bedrijfslood (handelshuur) voor het uitbaten van mijn onderneming. Dit is echter gegaan zonder huurovereenkomst, aangezien mijn (overleden) huurbaas dit niet wou. Wel waren er mondelinge afspraken, is de huur altijd onder de juiste vermelding per bank overgemaakt, staan de verzekeringen op mijn naam evenals gas/water/elektra enz.

Zoals gemeld is mijn huurbaas enige tijd geleden overleden en heeft mij achter gelaten met nogal een boel erfgenamen. Deze zijn dus van plan om de boel te verkopen. Hoort ook nog een woonhuis bij (staat los van de loods). Op zich had ik interesse maar de prijs is niet echt reëel te noemen. Bod gedaan, maar nog niet op ingegaan.

In de tussentijd heeft zich ook een andere potentiële koper gemeld, die voornamelijk interesse heeft in mijn bedrijfsloods.....

Stel deze koopt het huis en de loods, hoe ziet mijn situatie er dan uit? Heb ik gewoon huurrechten (betaling per bank, geregistreerd bij gemeente, ondernemersloket etc.) ook zonder huurovereenkomst? Geldt dan de normale termijn van 9 jaren voor handelshuur (nu dan nog 7 jaren)?

Of kan de nieuwe eigenaar mij er zonder pardon uitzetten?

Graag advies!

Groeten,


Fernand.

Winston
Juridisch actief: Ja
Regio: België

Een juridische oplossing. Voor elk probleem, voor iedereen!

Benieuwd naar jouw juridische opties? Winston begeleidt jou aan de geschikte oplossing. Klik hier om jouw situatie te beschrijven en we nemen binnen de 24 uur met jou contact op voor persoonlijke begeleiding
Vandebos
Berichten: 16087

#2 , 26 mar 2011 14:36

Hmmm, bij gebrek aan akkoord van de erfgenamen voor het verlijden van een akte via een advocaat en mogelijks geding de omzetting van het mondelinge huurcontract in een schriftelijk eisen?

Dat lijkt me de enige mogelijkheid. Als u in het pand (loods) wenst te lijven lijkt het me ten zeerste wenselijk gedegen juridisch advies in te winnen. (gelet op de mogelijk financiële en zakelijke schade die een plotseling gedwongen verhuis voor u kan meebrengen.)

Don F.
Topic Starter
Berichten: 14

#3 , 26 mar 2011 15:22

Aankomende dinsdag al een afspraak gemaakt met een advocaten bureau. Eens kijken wat die zeggen. Maar is alvast fijn om van te voren al enig advies in te winnen.

Zoals ik het zie betreft het handelshuur met een normale termijn van 9 jaren. Ik kan op genoeg manieren aantonen dat ik huurder ben en zelf accepteren ze ook per bank de huurpenningen. Aanvaarding van huurpenningen is het erkennen van een huurovereenkomst? Dus ook met bijbehorende huurrechten?

En inderdaad wellicht een aangetekend schrijven sturen om een schriftelijk huurcontract te laten opmaken. Denk alleen dat ze daar niet op in gaan. Maar dan is het niet mijn schuld als er geen schriftelijke huurovereenkomst is? Probleem is ook nog eens dat ik met 20 erfgenamen zit.

Groeten,

Fernand

Reclame

Vandebos
Berichten: 16087

#4 , 26 mar 2011 16:37

Is er niet één van de 20 erfgenamen die genoeg krijgt van het spelletje en een openbare verkoop wenst.

U zal kunnen aantonen dat er een overeenkomst is maar moeilijk om welk type het nu gaat een huurovereenkomst of een gebruik ter bede. Vermeldde u op de overschrijving huur maart xxx, oktober yyy enz? Dan heeft u een bewijs.

Don F.
Topic Starter
Berichten: 14

#5 , 26 mar 2011 17:10

Is er niet één van de 20 erfgenamen die genoeg krijgt van het spelletje en een openbare verkoop wenst.

U zal kunnen aantonen dat er een overeenkomst is maar moeilijk om welk type het nu gaat een huurovereenkomst of een gebruik ter bede. Vermeldde u op de overschrijving huur maart xxx, oktober yyy enz? Dan heeft u een bewijs.
Nee helaas heeft niet eentje er genoeg van. Wel is er een die redelijk aan mijn kant staat.

En bij betaling per bank is inderdaad omschreven huur loods adres.... voor januari 2010 enz.

Vandebos
Berichten: 16087

#6 , 26 mar 2011 17:14

Dan heeft u bewijzen van een mondeling huurcontract waarbij er steeds zal worden uitgegaan van de minimumeisen die wet stelt voor het type van contract. (kot, hoofdbewoning, handelshuur)

scorpioen
Berichten: 9383
Juridisch actief: Nee

#7 , 26 mar 2011 18:42

Waarom denkt u dat het een handelshuur is? Waarvoor wordt de loods gebruikt?

Don F.
Topic Starter
Berichten: 14

#8 , 27 mar 2011 10:53

Ik gebruik de loods voor mijn bedrijf, namelijk de verhuur van e-bikes, scooters en een klassieke fiat 500. Showroom, kantoorruimte, ontvangstruimte, werkplaats enz.

Ik neem aan dat dat toch onder handelshuur valt?

Don F.
Topic Starter
Berichten: 14

#9 , 27 mar 2011 11:11

Verder kwam ik dit nog tegen:

De handelshuurwet voorziet dat de huurovereenkomst in de mogelijkheid kan voorzien voor de eigenaar om de huurder op het einde van de 3 jarige periode op te zeggen voor eigen gebruik. De eigenaar zal in dit geval zelf handel moeten gaan drijven. Voorziet de handelshuurovereenkomst niets, dan zal de eigenaar niet over deze opzegmogelijkgheid kunnen beschikken.

Er is dus geen overeenkomst in dit geval dus ook de eigenaren (erfgenamen) kunnen niet opzeggen.

Hoe zit het dan met een eventuele nieuwe eigenaar die de loods voor eigen gebruik wil benutten? Kan dat als hij ervan op de hoogte is dat er een zittende huurder is? Dan is er toch geen sprake van dringend eigen gebruik of zie ik dat verkeerd.

Als dit wel kan, over welke termijnen spreken we dan dat je als huurder het pand moet verlaten?

Alvast bedankt voor het meedenken!

Oude Belg
Berichten: 3190

#10 , 27 mar 2011 12:53

Het gunsttarief (klein beschrijf0 is slechts definitief verworven in zoverre aan de volgende twee voorwaarden is voldaan:

(1) de verkrijger of zijn echtgenoot moet zijn inschrijving nemen in het bevolkingsregister (in voorkomend geval het vreemdelingenregister) op het adres van het verkregen goed en dit binnen een termijn van drie jaar, te rekenen vanaf datum van het verlijden van de authentieke akte, en

(2) de verkrijger of zijn echtgenoot dient de inschrijving op het desbetreffende adres gedurende minstens drie jaar zonder onderbreking te behouden.

Wanneer deze voorwaarden niet vervuld zijn, is daar een belangrijke (financiële) sanctie aan verbonden. Bij gebrek aan een tijdige inschrijving of wanneer de verkrijger gedurende de voorgeschreven termijn ononderbroken ingeschreven blijft, is hij er immers niet alleen toe gehouden het aanvullend recht te betalen, maar moet hij daarenboven ook nog eens hetzelfde bedrag als vermeerdering betalen. De enige mogelijkheid om het tarief alsnog te behouden, is door aan te tonen dat het niet-vervullen van de voorwaarde(n) te wijten is aan overmacht (artikel 60 W. Reg.).
Waarom geen aangetekende zending als dat nodig is? "Ik heb geappt, gebeld, gezegd, gemaild, facegeboekt, met krijt op het voetpad geschreven.... " Neem pen en papier en schrijf!

scorpioen
Berichten: 9383
Juridisch actief: Nee

#11 , 27 mar 2011 12:59

Dit valt onder de handelshuurwet.

Art. 12. Zelfs wanneer het huurcontract het recht voorbehoudt om de huurder uit het goed te zetten in geval van vervreemding, mag hij die het verhuurde goed om niet of onder bezwarende titel verkrijgt, de huurder slechts eruit zetten in de gevallen vermeld onder 1°, 2°, 3° en 4° van artikel 16, en mits hij de huur opzegt, één jaar vooraf, en binnen drie maanden na de verkrijging, met duidelijke opgave van de reden waarop de opzegging gegrond is, alles op straffe van verval.
Hetzelfde geldt wanneer de huur geen vaste dagtekening heeft verkregen vóór de vervreemding, ingeval de huurder het verhuurde goed sinds ten minste zes maanden in gebruik heeft.

Bij verkoop kan de koper dus opzeggen met een opzegtermijn van één jaar, in de volgende gevallen:

Art. 16. I. De verhuurder kan de hernieuwing van de huur weigeren om een van de volgende redenen :
1° Zijn wil om persoonlijk en werkelijk het verhuurde goed in gebruik te nemen, of het op die wijze te doen in gebruik nemen door zijn afstammelingen, zijn aangenomen kinderen of zijn bloedverwanten in de opgaande lijn, door zijn echtgenoot, door diens afstammelingen, bloedverwanten in de opgaande lijn of aangenomen kinderen, of het te doen in gebruik nemen door een personenvennootschap waarvan de werkende vennoten of de vennoten die ten minste drie vierden van het kapitaal bezitten, in dezelfde betrekking van bloedverwantschap, aanverwantschap of aanneming staan tot de verhuurder of tot zijn echtgenoot.
2° Zijn wil om het onroerend goed een bestemming te geven die elke handelsonderneming uitsluit.
3° Zijn wil om het onroerend goed of het gedeelte van het onroerend goed waarin de afgaande huurder zijn bedrijf uitoefent, weder op te bouwen. Als wederopbouw wordt beschouwd elke verbouwing door een afbraak voorafgegaan, beide de ruwbouw van de lokalen rakende en waarvan de kosten drie jaar huur te boven gaan.
4° Alle grove tekortkomingen van de huurder aan de verplichtingen die voor hem uit de lopende huur voortvloeien, met inbegrip van de waardevermindering van het onroerend goed veroorzaakt door de huurder, de zijnen of zijn rechtverkrijgenden, en van belangrijke veranderingen in de aard of de wijze van exploitatie van de handel aangebracht zonder instemming van de verhuurder, alsook elke ongeoorloofde handeling van de huurder die, objectief beschouwd, de voortzetting van de contractuele betrekkingen tussen de verhuurder en de huurder onmogelijk maakt.
Wanneer de verhuurder eigenaar is van de handelszaak die in het verhuurde goed geëxploiteerd wordt en de huur zowel het verhuurde goed als de handelszaak betreft, dienen bij de beoordeling van de grove tekortkomingen van de huurder aan de verplichtingen die voor hem uit de lopende huur voortvloeien, in aanmerking te worden genomen niet alleen de verplichtingen die het genot van het onroerend goed, maar ook die welke de exploitatie van de handel betreffen, onder meer de verplichting om de instandhouding van de handelszaak te verzekeren.
Indien de huurder betwist dat de verhuurder gerechtigd is de in de voorafgaande leden opgegeven redenen in te roepen, wendt hij zich tot de rechter binnen dertig dagen na het antwoord van de verhuurder, op straffe van verval.

scorpioen
Berichten: 9383
Juridisch actief: Nee

#12 , 27 mar 2011 13:03

Volledigheidshalve. Als er beslag zou gelegd worden en er een gedwongen openbare verkoop volgt kan de koper u laten uitzetten zonder opzegging (Cass. 19/06/2003)

Don F.
Topic Starter
Berichten: 14

#13 , 27 mar 2011 13:23

Oke bedankt voor de duidelijkheid.

Dan rest mij enkel nog de vraag of er bij opzegging/uitzetting ook nog een vergoeding in financiële zin plaats vind voor de huurder (ik dus in dit geval).

Ik moet namelijk op zoek naar een andere locatie, verhuizen, kosten maken met adreswijzigingen etc. Hoop toch niet dat dat allemaal voor eigen rekening is....

scorpioen
Berichten: 9383
Juridisch actief: Nee

#14 , 27 mar 2011 18:49

Handelshuurwet Art. 26. De verhuurder die, bij toepassing van artikel 3, vijfde lid, de huur vóór de vervaldag beëindigt, en de verkrijger die, overeenkomstig de in artikel 12 bepaalde voorwaarden, de huurder uit het goed zet, zijn eventueel een vergoeding wegens uitzetting verschuldigd, in de gevallen en volgens de modaliteiten van de artikelen 25 en 27.

Art. 25. Indien de huurder regelmatig zijn wil heeft te kennen gegeven om van zijn recht op hernieuwing gebruik te maken en het hem is geweigerd, heeft hij in de hierna bepaalde gevallen recht op een vergoeding, die, behoudens akkoord van partijen, gesloten na het ingaan van dat recht, forfaitair bepaald wordt als volgt :
1° De vergoeding is gelijk aan één jaar huur, wanneer de verhuurder verlangt het goed te bestemmen voor een ander gebruik dan voor handel, bij toepassing van artikel 16, 2°, of het weder op te bouwen, overeenkomstig artikel 16, 3°. In dit laatste geval is evenwel geen vergoeding verschuldigd, wanneer het goed moet worden afgebroken of wederopgebouwd wegens ouderdom, wegens overmacht of krachtens bepalingen van wetten of verordeningen;
2° De vergoeding is gelijk aan twee jaar huur, wanneer de verhuurder of een van de in artikel 16, § I, 1°, opgenoemde gebruikers, zelfs in geval van toepassing van artikel 16, § III, een soortgelijke handel drijft in het onroerend goed;
3° (De vergoeding bedraagt drie jaar huur, eventueel vermeerderd met een bedrag, toereikend om de veroorzaakte schade geheel te vergoeden, wanneer de verhuurder, zonder van een gewichtige reden te doen blijken, het voornemen op grond waarvan hij de huurder uit het goed heeft kunnen zetten, niet ten uitvoer brengt binnen zes maanden en gedurende ten minste twee jaren. Deze vergoeding is evenwel niet verschuldigd, indien de verhuurder aan het onroerend goed een bestemming geeft, die hem de terugneming mogelijk zou hebben gemaakt zonder vergoeding of tegen een vergoeding gelijk aan of lager dan de vergoeding die hij heeft moeten dragen;) <W 29-06-1955, art. 1>
4° De vergoeding is gelijk aan één jaar van de in de nieuwe huurovereenkomst bepaalde huur, wanneer de huurder die een ernstig aanbod gedaan heeft, is afgewezen ten gevolge van het aanbod van een meerbiedende derde, overeenkomstig artikel 23, en de bedoelde derde in het goed een andere handel drijft dan de vroegere huurder;
5° De vergoeding is gelijk aan twee jaar van de in de nieuwe huurovereenkomst bepaalde huur, wanneer die nieuwe huurder in het goed een soortgelijke handel drijft als de afgaande huurder;
6° (De vergoeding wegens uitzetting bedraagt drie jaar huur, eventueel vermeerderd met een bedrag, toereikend om de veroorzaakte schade geheel te vergoeden, indien de verhuurder of de nieuwe huurder vóór het verstrijken van een termijn van twee jaar, een soortgelijke handel begint, zonder dat hij hiervan aan de afgaande huurder ten tijde van diens uitzetting kennis heeft gegeven. De verhuurder en de derde, nieuwe huurder, zijn hoofdelijk tot die vergoeding verbonden.) <W 29-06-1955, art. 1>
Het bedrag van het uit onderverhuring genoten huurgeld kan door de rechter geheel of gedeeltelijk worden afgetrokken van de huurprijs die tot grondslag dient van de vergoedingen bepaald in dit artikel en in artikel 16, IV.
(In geval van handelsonderhuur kan de rechter de vergoeding verdelen tussen de hoofdhuurder en de onderhuurder.) <W 29-06-1955, art. 1>
In de hierboven in 2° (...) en 5° bedoelde gevallen, kan de huurder zich wenden tot de rechter, wanneer de vergoeding klaarblijkelijk ontoereikend is wegens het voordeel dat de verhuurder uit de uitzetting getrokken heeft. <W 29-06-1955, art. 1>
Van zijn kant kan de verhuurder zich wenden tot de rechter, indien de vergoeding klaarblijkelijk overdreven is, gelet op de verlaten of vervallen toestand van de handel op het tijdstip van de terugneming.
Wanneer de verhuurder eigenaar is van de handelszaak die in het gehuurde goed geëxploiteerd wordt en de huur zowel het verhuurde goed als de handelszaak betreft, is hij geen vergoeding verschuldigd, tenzij de huurder bewijst dat hij de belangrijkheid van de handelszaak met ten minste 15 t.h. heeft vermeerderd. In dit geval stelt de rechter de vergoeding vast naar billijkheid, op grond van de waardevermeerdering die daaruit voor de verhuurder is ontstaan.

Terug naar “Huren”