Ik huur een taverne sedert 1/2/2007 aan een brouwerij die hetzelf huurt aan een BVBA maar van dezelfde familie. Nu heb ik mijn zaak overgelaten en de overlater gaat nu rechtstreeks huren aan de bvba daar de brouwerij het het pand niet meer wil huren omdat de brouwerijverplichting niet genoeg opbrengt. Het is in een onderlinge overeenkomst met de brouwerij dat mijn handelshuurkontrakt wordt opgezegd. Het huurkontrakt met de BVBA en de overnemer is al ondertekend en gaat erin op 1/1/2009.
Ik heb destijds goedkeuring gehad voor het vernieuwen van de veranda en heb die zelf bekostigt. In het handelskontrakt gaf de verhuurder natuurlijk zijn toestemming( mits alle adm. vergunningen en voorschriften na te leven en een afschrift over te maken; wat ook gebeurt is)
Maar er staat een paragraaf in: in geval de brouwerij kiest voor het behoud van de werken, zelfs met haar toestemming uitgevoerd, is zij tot generlei vergoeding wegens gedane uitgaven of waardevermeerdering van het pand verplicht. De werken zijn haar van rechtswege verworven.
Nu ken ik art 7 goed en vraag mij af of deze paragraaf rechtsgeldig is?
Indien de brouwerij geen vergoeding wil betalen, kan ik ze dan verhalen op de BVBA die eigenaar is van het pand en dus de verhuurder was aan de brouwerij en nu van mijn overnemer?