Opgepast! Dit klopt niet!
De verhuurder zegt op overeenkomstig art 3§1 Woninghuurwet.
§ 1. Elke huurovereenkomst bedoeld in artikel 1 wordt geacht te zijn aangegaan voor een duur van negen jaar.
De huurovereenkomst eindigt na het verstrijken van een periode van negen jaar indien ten minste zes maanden voor de vervaldag door één van beide partijen een opzegging wordt betekend.
Indien binnen deze termijn geen opzegging wordt betekend, wordt de huurovereenkomst telkens onder dezelfde voorwaarden voor een duur van drie jaar verlengd.
Over de tegenopzeg van een maand wordt in art 3§5 laatste lid het volgende geschreven:
(Wanneer de verhuurder de huurovereenkomst beëindigt overeenkomstig de §§ 2 tot 4, kan de huurder op zijn beurt de huurovereenkomst te allen tijde beëindigen met inachtneming van een opzeggingstermijn van een maand. In dat geval is hij de vergoeding bedoeld in het vorige lid niet verschuldigd.) <W 1997-04-13/43, art. 6, 002; Inwerkingtreding : 31-05-1997; zie evenwel W 1997-04-13/43, art. 15>
U beschikt dus niet over het recht een tegenopzeg te geven. Dat is ook logisch; de verhuurder geeft immers zelf geen opzeg, hij geeft enkel volgens de wettelijke normen kennis van het feit dat het contract niet verlengd wordt.