JuridischForum.be

Dear experts,

Nog een interessant vraagje waar jullie ervaring/expertise nodig voor is.

In het begin van mijn huurcontract werd de plaatsbeschrijving in samenspraak met de verhuurder/huurder opgesteld. Dit werd gratis uitgevoerd.
Net voordat ik mijn opzeg heb gegeven werd het pand echter verkocht, en werd het beheer door een Immo kantoor gedaan. Mijn contract is echter hetzelfde gebleven, ik heb niks nieuws moeten ondertekenen dus in de realiteit heb ik niets nieuws ervaren.

Nu ik mijn opzeg heb gegeven krijg ik te horen van het immo kantoor dat ze een expert hebben aangesteld om de uitgaande plaatsbeschrijving uit te voeren, en dat de helft van de kosten voor de verhuurder is en de helft voor mij.

Kunnen ze mij zomaar laten opdraaien voor de helft van de plaatsbeschrijving? Er staat hier niks over in het huurcontract... Ook de expert die ze aanduiden staat uiteraard niet in mijn huurcontract, aangezien ik nog steeds dezelfde contract stipulaties heb van bij de eerste eigenaar.

Ik had eerder verwacht om niets te moeten betalen voor de uitgaande plaatsbeschrijving...

Bedankt voor de nodige tips

Wel zien dat deze kosten niet abnormaal hoog zijn, je kan hun dit reeds vragen.

Indien de PB gebeurt door een expert, dient deze in samenspraak aangesteld te worden (behalve als deze reeds in het contract stond). Als een partij eenzijdig een expert aanstelt, vallen de kosten hiervan volledig ten laste van de aanstellende partij.

En een eenzijdig verslag is EENZIJDIG.
U hoeft dus niet akkoord te gaan noch te tekenen.
Dan zal vrederechter een gerechtsdeskundige aanstellen.
Expert zal toch moeten starten met de ingaande plaatsbeschrijving.

“Art.1730.§ 1. De partijen zijn verplicht een omstandige plaatsbeschrijving op te stellen, op tegenspraak en voor gezamenlijke rekening. Deze plaatsbeschrijving wordt opgesteld ofwel tijdens de periode dat de ruimtes onbewoond zijn, ofwel tijdens de eerste maand van bewoning...§ 3. De contractuele bepalingen welke in strijd zijn met de paragrafen 1 en 2 zijn nietig...”(Burgerlijk Wetboek=B.W.).

‘Art.1731,§2 ontslaat de verhuurder niet van de verplichting het bestaan van de huurschade die hij inroept,te bewijzen‘,Cass. ARC950171N,18 oktober 1996(Carlens t. Raskin),onuitg.,TRD&I 1997-02,25;

‘Uit de artikelen 1730 en 1731 volgt dat,in het geval van een ononderbroken gebruik van het gehuurde goed,de huurschade met toepassing van die bepalingen in de regel moet worden vastgesteld door een vergelijking tussen de toestand bij de ingebruikneming ervan en bij het verlaten ervan‘,Cass. 3 juni 2004(V.M. t. B.H.),R.W.2004-05,1143-1145,Noot MERTENS,D.,Huurschade en de plaatsbeschrijving bij (her)nieuw(d)e huur.

Art.1730 B.W. voorziet ENKEL een plaatsbeschrijving op TEGENSPRAAK ‘tijdens de periode dat de ruimtes onbewoond zijn, ofwel tijdens de eerste maand van bewoning’,m.a.w. niet bij het uitgaan van de huurder. De verhuurder kan dan ook niet eenzijdig een uitgaande plaatsbeschrijving op tegenspraak en op gemene kosten opleggen.