#2 , 20 jan 2012 08:54
“Art.1239.De betaling moet gedaan worden aan de schuldeiser of aan iemand die volmacht van hem heeft, of die door de rechter of door de wet gemachtigd is om voor hem te ontvangen. De betaling gedaan aan iemand die geen macht heeft om voor de schuldeiser te ontvangen, is geldig, indien de schuldeiser de betaling bekrachtigt of indien hij er voordeel uit getrokken heeft.”(Burgerlijk Wetboek).
Het mandaat ad litem geldt enkel "vóór alle gerechten"(art.440 Ger.W.) en niet elders. Meer in het bijzonder geldt het niet om in naam van cliënt en voor diens rekening welke bedragen ook (inbegrepen rechtsplegingsvergoedingen) in ontvangst te nemen(Art.1239,B.W.;zie ook DEKKERS,R.,Handboek Burgerlijk Recht,II,Gent Standaard 1971,nr.514).
‘Het mandaat ad litem van de advocaat doet geen vermoeden ontstaan dat hij met een omvangrijker mandaat gelast is. Buiten de gerechtszaal is de advocaat niet langer de wettelijke lasthebber van zijn cliënt maar wel een lasthebber van gemeen recht,zodanig dat elke opdracht die hij uitvoert een bijzonder karakter vertoont waarvan het bewijs,in tegenstelling met het mandaat ad litem, niet langer geleverd wordt door zijn enkele verklaring,maar door een duidelijke en bijzondere akte. Diegene die beweert dat een advocaat buiten zijn mandaat ad litem,tevens gelast is met een mandaat ad negotia,moet hiervan het bewijs leveren‘,(Brussel 29 november 1994,Pas. 1995,II,5).
'Het mandaat ad litem betreft uitsluitend de procedurehandelingen. Daarbuiten is de advocaat niet langer de mandataris van zijn cliënt. Een ingebrekestelling gericht aan de advocaat van een schuldenaar kan niet aan deze laatste worden tegengeworpen als de advocaat geen bijzonder mandaat had om dergelijke brieven te ontvangen',(Luik 29 juni 1990,R.R.D. 1991,63).
‘Daarop heeft deze gerechtsdeurwaarder het bedrag overgemaakt op de rekening van mijn toenmalige advocaat.’
Indien u die advocaat geen volmacht gaf uw geld te ontvangen dan betaalde de gerechtsdeurwaarder met schending van voornoemd art.1239 Burgerlijk Wetboek,zodat die betaling u niet tegenwerpbaar is.
“Qui paie mal paie deux fois”(wie verkeerd betaalt,betaalt twee maal). Maan uw gerechtsdeurwaarder aangetekend aan het door hem voor u ontvangen geld aan u te betalen binnen een daarin te bepalen redelijke termijn. Geeft hij hieraan geen tijdig en afdoende gevolg vorder dan uw geld van hem via de rechter. Indien een confrater-gerechtsdeurwaarder weigert hem te dagvaarden leg dan klacht neer bij de procureur des Konings krachtens art.139 Gerechtelijk Wetboek en zo nodig bij de Hoge Raad voor de Justitie. Indien u daartoe een advocaat zoekt,doe dit dan buiten uw eigen arrondissement en wend u daar zo nodig tot de Stafhouder.
Ga naar Belgische wetgeving in JUSTEL-databanken van Belgisch Staatsblad. Klik voor WetBOEKEN achter ’Juridische aard’. Op afkondigingsdatum vindt u de overige akten. Inzake FEDERALE fiscale wetgeving zie http://www.fisconetplus.be/