Leeftijdsverwachting vruchtgebruik

[Jansho]

Korte situatieschets: Vader is onverwacht overleden en laat een weduwe achter en twee kinderen uit een vorig huwelijk.

Kan iemand mij informatie verschaffen omtrent hoe het percentage vruchtgebruik kan worden berekend in het geval van dat de weduwe jong is (44 jaar) maar geen "normale" levensverwachting heeft. Wordt het vruchtgebruik steeds berekend op basis van de sterftetafels, of kan indien de weduwe ziek is (met de huidige medische kennis niet geneesbaar) er andere levensverwachting berekend worden. Zijn hier reeds precedenten van of wat zijn mogelijke alternatieve berekeningen voor het vruchtgebruik (bv. geschatte levensverwachting door de dokter, normale levensverwachting bij deze aandoening in dit stadium, etc).

Alvast bedankt voor jullie feedback en mocht er verduidelijking nodig zijn zeg me gerust wat.

[j.demoor]

Inzake successierechten geldt : “Art.21.Voor de op het hoofd van een derde gevestigde lijfrenten en andere levenslange uitkeeringen, door de vermenigvuldiging van het jaarlijks bedrag der uitkeering met het getal :...14, indien hij, op wiens hoofd de rente is gevestigd, boven de 40 tot 50 jaren oud is...;VI. Voor het op het hoofd van een derde gevestigde vruchtgebruik, door de jaarlijkse opbrengst van de goederen, berekend tegen 4 t. h. van de waarde van den vollen eigendom, vermenigvuldigd met het onder nummer V aangeduide cijfer.”(31 maart 1936 Wetboek Successierechten Vlaams Gewest).

Is de waarde volle eigendom bvb € 100.000 dan is het successierecht = € 100.000 x 14 x 0,04 = € 56000.Van deze wettelijke regeling wordt niet afgeweken.

Tussen de erfgenamen onderling kan hiervan wel afgeweken worden mits akkoord van alle erfgenamen.

[Mariette]

Inzake het "normale" vruchtgebruik: de nieuwe tabellen van Ledoux zijn te vinden op:

http://www.gendec.be/fileadmin/files/ge ... 120604.pdf" onclick="window.open(this.href);return false;

In verband met het vruchtgebruik in geval van een tweede huwelijk geldt art. 745 quinquies, paragraaf 3 :

BIJZONDER GEVAL: de langstlevende echtgeno(o)t(e) erft samen met stiefkinderen.
Een zeer opmerkelijke bepaling uit ons burgerlijk wetboek over de waardering van het vruchtgebruik is art. 745 quinquies Par.3. Op grond hiervan wordt de langstlevende echtgenoot die erft samen met kinderen uit een vorig huwelijk van de overledene (met stiefkinderen, dus) voor de berekening van het vruchtgebruik geacht ten minste 20 jaar ouder te zijn dan het oudste kind uit dat vorige huwelijk. Deze instantveroudering strekt ertoe de kinderen uit een vorig huwelijk van de overledene te beschermen tegen een jonge stiefouder. Indien de langstlevende stiefouder vrij jong is, dan zou bij een normale omzetting van het vruchtgebruik het grootste deel van de nalatenschap aan hem of haar toekomen. Als de stiefkinderen nagenoeg leeftijdgenoten van de stiefouder zijn - of als ze zelfs ouder zijn dan de stiefouder -, is de kans gering dat ze ooit nog iets oprapen uit zijn nalatenschap. Vandaar deze wettelijke correctie.

http://plusmagazine.knack.be/nl/011-259 ... bruik.html" onclick="window.open(this.href);return false;

Maar waarom zou U in het door U geschetste geval het vruchtgebruik willen afkopen?