JuridischForum.be

Mijn opa was getrouwd met oma. Oma overlijdt en opa hertrouwd met de zus van zijn overleden vrouw. Beide zijn het eens dat zij dit enkel doen om haar het vruchtgebruik van de woning na te laten. Zij heeft dus nu het levenslange vruchtgebruik. In een afzonderlijk testament is opgenomen dat zij geen erfgenaam wordt van opa slechts het vruchtgebruik van de woning heeft.

De volgende situatie doet zich voor.

Opa heeft de woning in een testament nagelaten aan zijn 6 kinderen. Opa overlijdt (inmiddels 18 jaar geleden). Stiefoma blijft zoals afgesproken wonen in de woning waarvan zij het vruchtgebruik heeft. Inmiddels is zij verhuisd naar een verzorgingstehuis.

Stiefoma heeft één zoon uit haar eerste huwelijk. Nu heeft die ene zoon geregeld dat de woning is verhuurd nu is gebleken dat stiefoma niet meer naar huis kan. Naar mijn mening mag een vruchtgebruiker van een woning deze niet verhuren zonder toestemming van de blooteigenaren, welke naar mijn mening dus de zes kinderen van opa zijn. De woning was ten tijde van het sluiten van de vruchtgebruik overeenkomst niet verhuurd, deze werde gebruikt voor eigen bewoning. Ik stiut iedere keer terug op artikel 217 van het BW.

De simpele vraag: Klopt dit???

Werd in het testament het recht op wonen of volledig vruchtgebruik toegekend? Bij volledig vruchtgebruik mag de oma verhuren aan wie ze wil voor een normale huur of 1 symbolische euro zonder dat de blote eigenaars daar ook maar 1 woord over te zeggen hebben. Dat is nu éénmaal de betekenis van vruchtgebruik, het volledig vrij kunnen beslissen wie al of niet gebruik maakt van de woning.

10 op 10, Vandebos! Oei, neen! Ik moet je 6 punten aftrekken, want Wanton heeft een slimmer antwoord. Dus dik gebuisd, Vandebos!?!

Ik heb zo het gevoel dat stiefoma slechts vruchtgebruik heeft op de helft van de woning. Toen opa stierf was hij slechts volle eigenaar van een half huis. Bij zijn dood is het vruchtgebruik van oma's deel in het huis gevoegd bij de blote eigendom van dat deel dat bij de kinderen zat.

Er wordt niet meegedeeld of het huis tot het eigen vermogen van opa behoorde. De info is dus onvolledig.

10 op 10, Vandebos! Oei, neen! Ik moet je 6 punten aftrekken, want Wanton heeft een slimmer antwoord. Dus dik gebuisd, Vandebos!?!

maak wel je gedacht op heh of ik daag je voor de examencommissie...

@ wendymatthes

Ik citeer hier Art. 217 (B.W.):

Art. 217. <W 14-07-1976, art. 1> Iedere echtgenoot ontvangt zijn inkomsten alleen en besteedt ze bij voorrang aan zijn bijdrage in de lasten van het huwelijk.
Hij kan het overschot besteden voor de aanschaf van goederen in zoverre dit verantwoord is voor de uitoefening van zijn beroep; die goederen staan uitsluitend onder zijn bestuur.
Wat er daarna nog overblijft is onderworpen aan de regels van het huwelijksvermogensstelsel van de echtgenoten.

Wat heeft dit artikel te maken met de vraagstelling?
Of is het een studentenvraagje?

ik bedoelde aertikel 3:217 BW. Hierin worden een aantal dingen aangegeven met betrekking tot verhuren bij vruchtgebruik...

ik bedoelde aertikel 3:217 BW. Hierin worden een aantal dingen aangegeven met betrekking tot verhuren bij vruchtgebruik...

Gelieve toch eens het correct artikel uit het juiste wetboek weer te geven!