Art. 918 B.W.
Geplaatst: 02 apr 2013 17:01
door markusluhr
Artikel 918 van het Burgerlijk Wetboek maakt het mogelijk om bepaalde kinderen te 'onterven' indien die andere kinderen bereid zijn in te stemmen met de gedane schenking. Mijn familie werd op die manier de facto onterfd: ze tekenden bij de notaris zonder zich ten volle bewust te zijn van de rechtsgevolgen van hun daad, onder het mom 'dat wordt dan later wel geregeld, zodat iedereen evenveel krijgt'. Het bleken echter loze woorden, want uiteindelijk werd die scheve situatie nooit rechtgezet. Het gaan hier over een onroerend goed met een waarde van waarschijnlijk één miljoen euro, geen gering bedrag dus. Ondertussen is de schenker (vader) overleden en kregen we praktisch niets. De partij die werd bevoordeeld heeft het contact met ons verbroken, zodat we van die kant geen hulp hoeven te verwachten.
Bestaat er überhaubt een kans dat een rechter in een rechtszaak dergelijke situatie enigszins recht trekt? Dat hij rekening houdt met het feit dat het werd getekend zonder kennis van zaken? Bestaan er vergelijkbare precedenten?
Re: Art. 918 B.W.
Geplaatst: 04 apr 2013 10:10
door j.demoor
“Art.918.De waarde in volle eigendom van de goederen die aan een van de erfgerechtigden in de rechte lijn vervreemd zijn, hetzij met last van een lijfrente, hetzij met afstand van het kapitaal, of met voorbehoud van het vruchtgebruik, wordt toegerekend op het beschikbaar gedeelte; en het overschot, indien er een is, wordt in de massa ingebracht.
(Deze toerekening en deze inbreng kunnen niet worden gevorderd door de erfgenamen aan wie de wet een voorbehouden erfdeel toekent en die in deze vervreemdingen hebben toegestemd, noch in enig geval door de erfgerechtigden in de zijlijn.) <W 14-05-1981, art. 27>“(Burgerlijk Wetboek).
‘ze tekenden bij de notaris zonder zich ten volle bewust te zijn van de rechtsgevolgen van hun daad‘
Die bewering zal niet baten. Onderzoek echter of die ondertekening gebeurde vóór of na 14-05-1981.
‘De regeling van art.918 verhindert niet dat een schenking met voorbehoud van vruchtgebruik wegens een UITDRUKKELIJK BEDING in de schenkingsakte toch kan geschieden als voorschot op nalatenschap,zodat ze dient te worden aangerekend op de reserve van de erfgenamen en niet op het beschikbaar gedeelte.De toestemming van de niet-begiftigde reservataire erfgenamen in een dergelijke schenking belet hen niet om deze aanrekening op de reserve te vorderen‘[Cass. 16 mei 2002(V.F. t. V.J.),R.W.2002-03,1543-1548,noot VANWINCKELEN,K.,Art.918 B.W. en openlijke schenkingen:blijkbaar een nog steeds controversiele combinatie].
Onderzoek of de schenkingsakte al dan niet voornoemd ‘UITDRUKKELIJK BEDING’ bevat..