JuridischForum.be

Beste iedereen,

Betreft:
Vader (thans overleden) verkocht (ondertussen 3 jaar geleden) huis aan erg lage prijs.
Dit was enkel om er voor te zorgen dat zijn kinderen het huis niet zouden erven.
De koopsom is ondertussen ook opgedaan.

De nalatenschap wordt nu vereffend en verdeeld.
Is er nog iets te doen mbt het huis?

Dank!

Tijdens zijn leven doet vader natuurlijk met zijn eigendom wat hij wil...
Als hij niet onbekwaam was kon hij dan ook perfect zijn huis verkopen... aan welke prijs dan ook...

Ik hoop dat die verkoop meer dan drie jaar voor zijn overlijden heeft plaatsgehad. Anders wordt verondersteld dat dat bedrag nog aanwezig is in de nalatenschap. Dus het zou kunnen dat de kinderen successierechten moeten betalen op geld dat er niet meer is. Jullie zouden dan moeten bewijzen wat er met dat geld is gedaan of wie het heeft ontvangen.
Hopelijk heeft hij dat geld gebruikt om het rusthuis te betalen.

Huis verkocht op 04/2011, vader overleden op 06/2012.
De verstandhouding was niet optimaal, concreet hebben erfgenamen helaas geen idee waar het geld heen is...

Dan zou ik maar beginnen met één en ander te onderzoeken. Hoe werd de check waarmee het huis werd betaald geïnd? Wie heeft er volmacht op zijn rekening(en)? Vraag een lijst met de verrichtingen van zijn rekening. Dan kun ze hopelijk zien naar waar bepaalde sommen zijn getransfereerd.

Dan zou ik maar beginnen met één en ander te onderzoeken. Hoe werd de check waarmee het huis werd betaald geïnd? Wie heeft er volmacht op zijn rekening(en)? Vraag een lijst met de verrichtingen van zijn rekening. Dan kun ze hopelijk zien naar waar bepaalde sommen zijn getransfereerd.

Idem!

Wat een wantoestanden! We hebben iets gelijkaardigs meegemaakt. Broer was ongeneeslijk ziek, gescheiden zonder kinderen. Twee maanden voor zijn dood haalde hij 2x0.000 € "cash" geld af van zijn rekening. Vijf jaar na zijn dood komt de fiscus aandraven met deze ontdoken gelden.

We zitten wel in een gerechtelijke verdeling (broer was vooroverleden op moeder), maar in principe zouden we op dat verdwenen geld nog SSR moeten betalen en de boetes en intresten van tot nu toe 6 jaar lang.

http://www.juridischforum.be/forum/view ... 50&t=41497" onclick="window.open(this.href);return false;

Topic is grotendeels gewist.

Hopelijk kunnen jullie wel achterhalen wie het geld ontvangen heeft.

Het is een algemeen probleem met onze Overheid:

Indien de burger iets tegoed heeft van de Overheid dan moet hij dat kunnen bewijzen.
Indien de Overheid meent iets tegoed te hebben van de burger dan PAKKEN ze het en is het weer de burger die moet bewijzen dat het wederrechtelijk is.

http://www.legalworld.be/legalworld/kie ... gType=2067" onclick="window.open(this.href);return false;

Scorpioen, Meester Maus slaat hier de nagel op de kop.

Ik kan alleen maar hopen dat TS de begunstigde kan vinden via de bankhistorieken.
In ons geval hoop ik dat onze neef schenkingsrechten betaald heeft op de ontvangen cash gelden. Aangezien de boedelbeschrijving gebeurde onder eed, heeft dit gevolgen zowel voor de eisende als werende partij.

Om het verhaal te vervolledigen.

Als de erfgenamen bewijzen aan wie de gelden geschonken zijn (zonder dat het registratierecht van schenkingen betaald werd) past de fiscus art. 7 Wet Successierechten toe: de persoon die de gelden ontvangen heeft wordt als legataris beschouwd. En de fiscus combineert dit met art. 70, tweede lic, W. Succ; : de erfgenamen zijn gehouden tot betaling van de successierechten van de legataris. De erfgenamen zijn dus nog niet veel verder, alhoewel zij voor de betaalde successierechten verhaal kunnen uitoefenen op degene die de gelden ontvangen heeft .... als deze solvabel is.

Het Grondwettelijk Hof heeft in het arrest 162/11 van 20 oktober 2011 geoordeeld:

Artikel 70, in samenhang gelezen met artikel 8, van het Wetboek der successierechten schendt de artikelen 10, 11 en 16 van de Grondwet, in zoverre het bepaalt dat de erfgenamen, algemene legatarissen en begiftigden in de nalatenschap van een rijksinwoner samen aansprakelijk zijn, ieder in verhouding tot zijn erfdeel, voor de gezamenlijke rechten en interesten verschuldigd door de legatarissen en begiftigden onder algemene titel of onder bijzondere titel, zelfs wanneer de eerstgenoemden niet de mogelijkheid hebben gehad zich ervan te vergewissen dat de laatstgenoemden de rechten en interesten zullen betalen die zij verschuldigd zijn.

Dezelfde redenering kan toegepast worden op de fictieve legatarissen van art. 7. Bij een betwisting voor de rechtbank kan gevraagd worden een nieuwe prejudiciele vraag te stellen aan het Grondwettelijk Hof.

Maar blijft dus dat men wel moet aantonen wat er met de gelden gebeurd is.