JuridischForum.be

Mijn vader is vorig jaar getrouwd met een dame die slechts een paar jaar ouder is als ik. De hoofdmoot van zijn vermogen bestaat uit zijn huis, waarvan de echtgenote vruchtgebruik heeft (hij is gehuwd in het wettelijk stelsel). Heb ik rechten tav dat huis, wetende dat het vruchtgebruik door iemand van mijn leeftijd waarschijnlijk betekent dat ik de blote eigendom nooit ga verwerven (als ik vroeger sterf dan zijn echtgenote). En kan de weduwe dat huis verhuren zonder dat het vruchtgebruik vervalt. Indien ja, kan ik dan mee genieten van de opbrengsten?

Hartelijk dank!

Als uw hertrouwde vadr overlijdt, erft u de blote eigendom van zijn huis. Zijn weduwe krijgt het levenslang vruchtgebruik (VG). Zij bewoont dat dan zelf of verhuurt het (waarbij de huur voor haar alleen is).

Omdat zij echter uw moeder niet is, heeft u het recht om haar VG te doen omzetten in geld of in een periodieke rente hetgeen zij niet kan weigeren.

Om dezelfde reden wordt voor de berekening van de waarde van haar VG geen rekening gehouden met haar werkelijke leeftijd maar doet men alsof zij 20 jaar ouder is dan U. Dat is uiteraard sterk in uw voordeel.

Burgerlijk Wetboek,
Art. 745quater, ? 4
Het vruchtgebruik van het onroerend goed dat bij het openvallen van de nalatenschap het gezin tot voornaamste woning diende, en van het daarin aanwezige huisraad, kan niet worden omgezet dan met instemming van de langstlevende echtgenoot.

scorpioen

Juist, maar in het artikel daarna staat de bijzondere regeling voor stiefkinderen:
Artikel 745quinquies
? 1. (hier van geen belang)
? 2. Het recht om de omzetting te vorderen kan niet worden ontnomen aan de afstammelingen uit een vorige relatie van de vooroverleden echtgenoot.
Aan de langstlevende echtgenoot kan niet het recht worden ontnomen om de omzetting van het vruchtgebruik of de toewijzing in volle eigendom van de goederen bedoeld in artikel 745quater, ? 4, te vorderen.
? 3. Ingeval de langstlevende echtgenoot tot de nalatenschap komt met afstammelingen uit een vorige relatie en de omzetting wordt gevorderd door een van de partijen, wordt de langstlevende echtgenoot geacht ten minste twintig jaar ouder te zijn dan de oudste afstammeling uit een vorige relatie.

De regeling van art. 745 quinquies, ? 2, eerste lid, doet geen afbreuik aan art. 745 quater, ? 4.

Dat is althans het standpunt dat wordt ingenomen in
"Overzicht van rechtspraak. Erfenissen.(1996-2004)", T.P.R. 2005 (449). nr. 61.

Zie ook: VASTERSAVENDTS, A., Art. 745quinquies B.W, in X., Erfenissen, schenkingen en testamenten. Artikelsgewijze commentaar met overzicht van rechtspraak en rechtsleer:
"De bescherming die aldus aan de afstammelingen uit een vorig huwelijk werd gegeven is evenwel niet absoluut. Wanneer de nalatenschap alleen preferenti?le goederen bevat, zal dit kind toch de omzetting niet kunnen vorderen zonder de instemming van de langstlevende echtgenoot."

scorpioen