Pagina 1 van 1

overgang van erf trouw

Geplaatst: 27 apr 2015 15:56
door Dobi
Een koppel huwt in 1955 en sluit een huwelijkscontract af. Hierin komen ze overeen om te huwen onder het stelsel van wettelijke gemeenschap van goederen (zoals gangbaar voor de wetswijziging van 1976).
Er werd eveneens afgesproken dat bij overlijden van één van de partners het actief der gemeenschap voor de geheelheid zal toekomen aan de langstlevende. Voor het huwelijkscontract werd geen verklaring tot handhaving afgelegd, noch werd het ooit gewijzigd.

In 1980 overlijdt één van de partners zonder testament na te laten.
Uit het huwelijk van het koppel ontspruiten (rechtsbekwame) kinderen.

In de aangifte van de nalatenschap worden volgende goederen opgenomen :
- de gezinswoning waar het koppel in de feite verbleef en gedomicilieerd was
- een onroerende eigendom dat verhuurd was.

Vraag 1 : Wordt de regeling waarbij het actief der gemeenschap voor de geheelheid zal toekomen aan de langstlevende beschouwd als een contractuele erfstelling ?

Vraag 2 : Zijn de regels van het wettelijk stelsel (zoals bepaald door de wetswijziging van 1976) van toepassing op het koppel. Dus hun huwelijksstelsel werd (door de wetswijziging) automatisch omgevormd naar het nieuwe stelsel.

Vraag 3 : Heeft de langstlevende van het koppel enkel het vruchtgebruik op de helft van hun gemeenschappelijke vermogen en de volle eigendom van de andere helft van hun gemeenschappelijk vermogen - of - heeft de langstlevende de volle eigendom van het volledige gemeenschappelijk vermogen.

Vraag 4 : Moet het begrip genot uit lid 2 van art 1429 BW (zoals van toepassing tijdens het overlijden van één van de partners) begrepen worden als volle eigendom of slechts als vruchtgebruik ?

Vraag 5 : Indien de langstlevende gebruik maakt van art 1446 BW ontvangt hij dan de gezinswoning in volle eigendom - of - enkel het vruchtgebruik op de helft naast de andere helft in volle eigendom?
Waar kan terug gevonden worden of er beroep gedaan werd op art 1446 ?

Graag verwijzing naar de juiste wetsartikels.




art 1429 BW <W 14-07-1976, art. 2> De ontbinding van het wettelijk stelsel door echtscheiding of scheiding van tafel en bed op een der gronden vermeld in de artikelen 229, 231 en 232, maakt de overlevingsrechten niet opvorderbaar.
De echtgenoot in wiens voordeel een contractuele erfstelling is bedongen, behoudt echter het genot daarvan bij het overlijden van de andere echtgenoot, behoudens het verval bedoeld in de artikelen 299 en 311bis.
De ontbinding van het wettelijk stelsel door scheiding van goederen maakt de overlevingsrechten niet opvorderbaar; de echtgenoot in wiens voordeel die rechten zijn bedongen, behoudt echter de bevoegdheid om ze uit te oefenen bij het overlijden van de andere echtgenoot.


art 1446 BW <W 14-07-1976. art. 2> Wanneer het wettelijk stelsel eindigt door het overlijden van een der echtgenoten, kan de langstlevende, tegen opleg indien daartoe grond bestaat, zich bij voorrang doen toewijzen een van de onroerende goederen de tot gezinswoning dient, samen met het aldaar aanwezige huisraad, en het onroerend goed dat dient voor de uitoefening van zijn beroep, samen met de roerende zaken die aldaar aanwezig zijn voor beroepsdoeleinden.

Re: overgang van erf trouw

Geplaatst: 27 apr 2015 16:56
door Dobi
Addendum : in de aangifte van nalatenschap staat nog onderstaande zinsnede vermeld. Wat wordt hiermee bedoeld ?

"Dat gezegd overlijden geen ophoud van vruchtgebruik noch overgang van erftrouw veroorzaakt heeft."