JuridischForum.be

In dit specifiek geval gaat het over een weduwe die haar tweede woning (die verhuurd wordt) wenst te verkopen. De huurders hebben een optie genomen op het huis. De weduwe heeft een auto ongeval en overleeft het ongeval niet, zij laat 1 zoon achter.

De weduwe sterft op 03/01/2018, de huurders hebben een aangetekende zending gestuurd op 03/01/2018 (binnengebracht in bpost op 03/01/2018) om de optie te kunnen lichten en over te gaan tot de verkoop. De aangetekende zending is dus niet in ontvangst genomen geweest.

Nu wenst de zoon het huis niet te verkopen (om zelf te renoveren en in te wonen), terwijl de huurders vinden dat zij recht hebben om het huis aan te kopen, zoals vermeld in de optie.

Wie heeft het juridisch bij het rechte eind of hoe moet dit worden aangepakt?
Kunnen de huurders een punt maken om toch de verkoop te laten plaats vinden?
Wat is het verschil indien de aangetekende zending wel in ontvangst was genomen (bijvb. wanneer de weduwe op 03/01/2018 de aangetekende zending had ontvangen & ondertekend?)?

Aangezien u niet wenst te verkopen vervalt de optie en wordt e aangetekende brief irrelevant.

de huurders hebben een optie genomen op het huis

Hoe is dat in zijn werk gegaan ? Heeft de weduwe in kwestie een optie gegeven? Was het goed volledig haar eigendom ?

en

Aangezien u niet wenst te verkopen vervalt de optie en wordt e aangetekende brief irrelevant.

Als, en alleen als , de weduwe een geldige optie gegeven heeft, en dat die optie niet vervallen is, kan de erfgenaam dan weigeren te verkopen?