Bij de vereffening van de nalatenschap van een laatst overleden moeder is pas recent gebleken dat één van de wettige erfgenamen destijds al een belangrijke bankgift had gekregen bij leven van zijn BEIDE ouders. Bankgift (geschonken 3 jaar vóór overlijden van de vader) die in successieaangifte en bij de verdeling van de nalatenschap van de vooroverleden vader nooit werd aangegeven, ingebracht of ter sprake werd gebracht.
Zowel die ene begunstigde erfgenaam als de toen langstlevende echtgenote/moeder hebben dus beide minstens fiscale fraude gepleegd.
Een andere erfgenaam heeft van de beide ouders een handgift gekregen die bij het overlijden van de vader wel voor de helft werd verrekend.
Een derde (benadeelde) erfgenaam heeft geen schenkingen ontvangen en kreeg pas recent weet van het bestaan van die bewuste bankgift.
Kan die bewuste - na meer dan 10 jaar boven water gekomen - bankgift nog volledig voor het wettig deel (1/3) worden verhaald op de toen serieus in gebreke gebleven erfgenaam of moet die nu worden ingebracht, wetende dat de drie erfgenamen bij minnelijke schikking onderling verklaard hadden dat de nalatenschap van vooroverleden vader zogezegd volledig vereffend en verdeeld was ?
Bedrog ? Dwaling ? Benadeling ?.....
Kan hiervoor een strafklacht worden ingediend of is alles verjaard ?