#2 , 20 apr 2009 10:44
Ik ken geen andere rechtspraak of rechtsleer ter zake.
“Art.223.Indien een der echtgenoten grovelijk zijn plicht verzuimt, beveelt de vrederechter, op verzoek van de andere echtgenoot, dringende voorlopige maatregelen betreffende de persoon en de goederen van de echtgenoten en de kinderen...”(Burgerlijk Wetboek).
‘de kinderen’ sluit de kinderen niet uit die deel uitmaken van het gezin van de echtgenoten, doch niet-gemeenschappelijk zijn.
“Art.223 B.W. biedt de (vrede)rechter een voldoende rechtsgrond om een omgangsrecht uit te werken voor de niet-gemeenschappelijke kinderen die duurzaam deel uitmaken van het gezin van de gehuwde partners...zodat een omweg via art.375bis B.W. niet nodig is.”[Vred.Westerlo 16 juni 2008(D.S./C.S.),R.W. 2008-09,847-850].
Zie in het Rechtskundig Weekblad de uitvoerige motivering van dit vonnis,met rechtspraak en rechtsleer.
Tegen voornoemd vonnis is hoger beroep aangetekend op gronden die het R.W. niet meedeelt.
Ga naar Belgische wetgeving in JUSTEL-databanken van Belgisch Staatsblad. Klik voor WetBOEKEN achter ’Juridische aard’. Op afkondigingsdatum vindt u de overige akten. Inzake FEDERALE fiscale wetgeving zie http://www.fisconetplus.be/