JuridischForum.be

Mijn man moest vandaag langs de dienst vreemdelingenzaken op het stadhuis. Hij kreeg er te horen dat zijn aanvraag tot regularistatie was afgewezen en kreeg een bevel tot verlaten van het grondgebied binnen 30dagen.

Nu loopt er ook nog een procedure tot gezinshereniging. We zijn in mei 08 in België getrouwd en deden in augustus een aanvraag gezinshereninging. Het dossier hiervan is volledig, maar nog steeds zonder uitspraak.

Gezien hij nu een bevel tot verlaten grondgebied heeft gekregen, vroeg ik me af of we hiertegen beroep zouden moeten aantekenen? Dit kwam er na afwijzing van aanvraag regularisatie van meer dan een jaar geleden. De procedure gezinshereniging is dus wel nog steeds lopende. Maar ik kan me al inbeelden welke problemen er gaan ontstaan tijdens een toevallige paspoortcontrole ofzo... Of mag hij tenminste nog de uitspraak van de gezinshereniging afwachten voor ze hem zouden uitwijzen?

Dus, beroep aantekenen of gewoon het resutaat van de gezinshereniging afwachten?

“Art.39/70.Behoudens mits toestemming van betrokkene, kan tijdens de voor het indienen van het beroep vastgestelde termijn en tijdens het onderzoek van dit beroep, ten aanzien van de vreemdeling geen enkele maatregel tot verwijdering van het grondgebied of terugdrijving gedwongen worden uitgevoerd.”(15 DECEMBER 1980. - Wet betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen).

‘Het bevel het grondgebied te verlaten is definitief,in de zin van art.57,§2 wanneer het niet meer vatbaar is voor enig beroep met schorsende werking bij een administratieve overheid of bij de R.v.St..Een beroep tot nietigverklaring bij de R.v.St. werkt niet schorsend‘(Cass. 4 december 1995,R.W. 1996-97,322);

‘Een vreemdeling die met een in België gevestigde vreemdeling gehuwd is en een recht van verblijf opeist,moet in bezit zijn van de gevraagde documenten voor een regelmatige binnenkomst in het Koninkrijk. Indien dit niet het geval is,kan de vreemdeling geen geldig verzoek tot machtiging tot verblijf inleiden,en het bevel het grondgebied te verlaten is niet vatbaar voor een verzoek tot herziening. Een bevel het grondgebied te verlaten verplicht de vreemdeling niet te scheiden van zijn echtgenoot,maar verwijdert hem tijdelijk van het land. Er is geen overtreding van art.3 en 8 EVRM‘(R.v.St. nr.38.424,7 januari 1992,T.Vreemd. nr.63/92,74,Rev.dr.étr. 1992,18,R.A.C.E. 1992,z.p.;R.v.St. nr.38.542,22 januari 1992,R.A.C.E. 1992,z.p.).