Voor roerende goederen word je te goeder trouw vermoed eigenaar te zijn op grond van art. 2279 van het Burgerlijk Wetboek. Dat artikel zegt dat het bezit van een goed geldt als titel van eigendom.
Ter info, art. 2279 BW:
"Met betrekking tot roerende goederen geldt het bezit als titel.
Niettemin kan hij die een zaak verloren heeft of aan wie een zaak ontstolen is, gedurende drie jaren, te rekenen van de dag waarop het verlies of de diefstal heeft plaatsgehad, de zaak terugvorderen van degene in wiens handen hij ze vindt; behoudens het verhaal van de laatstgenoemde op degene van wie hij ze bekomen heeft.
Dit recht van terugvordering geldt evenwel niet voor biljetten van de Nationale Bank van België, noch voor biljetten uitgegeven krachtens de wet van 12 juni 1930, wanneer de bezitter te goeder trouw is."
Meer interessante informatie over bezit van roerende goederen vind je hier:
http://www.elfri.be/NL/Juridische%20inf ... gendom.htm
Actuele versie van het Burgerlijk Wetboek:
http://www.fisconet.fgov.be/nl/?frame.d ... =burgw!INH