Zgn. "burgerarrest" of "burgerlijke aanhouding"; dat mag wel enkel voor op heterdaad ontdekte misdaden of wanbedrijven. Voor overtredingen mag dat dus niet. Stel u voor dat er een soort privéverkeerspolitie zou ontstaan.
cf. Artikel 1, eerste lid, 3°, van de wet van 20 juli 1990 betreffende de voorlopige hechtenis:
Artikel 1. Voor de aanhouding bij op heterdaad ontdekte misdaad of op heterdaad ontdekt wanbedrijf gelden de volgende regels :
1° de vrijheidsbeneming mag in geen geval langer duren dan vierentwintig uren;
2° de agenten van de openbare macht stellen de verdachte van wie zij de vlucht hebben verhinderd, onmiddellijk ter beschikking van de officier van gerechtelijke politie. De termijn van vierentwintig uren waarvan sprake is in het 1°, gaat in op het ogenblik dat de verdachte, ten gevolge van het optreden van de agent van de openbare macht, niet meer beschikt over de vrijheid van komen en gaan;
3° iedere particulier die iemand vasthoudt die bij een misdaad of wanbedrijf op heterdaad betrapt werd, geeft de feiten onverwijld aan bij een agent van de openbare macht. De termijn van vierentwintig uren waarvan sprake is in het 1°, gaat in op het ogenblik dat die aangifte wordt gedaan;
4° zodra de officier van gerechtelijke politie tot aanhouding is overgegaan, deelt hij dit onverwijld mee aan de procureur des Konings door middel van de snelste communicatiemiddelen. Hij voert de bevelen van deze magistraat uit, zowel wat de vrijheidsbeneming als wat de uit te voeren plichten betreft;
5° indien het misdrijf het voorwerp uitmaakt van een gerechtelijk onderzoek, wordt de in het 4° bedoelde mededeling gedaan aan de onderzoeksrechter;
6° van de aanhouding wordt proces-verbaal opgemaakt.
Dit proces-verbaal vermeldt :
a) het juiste uur van de effectieve vrijheidsbeneming, met nauwkeurige opgave van de omstandigheden waarin de vrijheidsbeneming tot stand gekomen is;
b) de mededelingen gedaan overeenkomstig het 4° en het 5°, met opgave van het juiste uur en van de beslissingen genomen door de magistraat.