#2 , 27 jun 2013 18:53
Strafwetboek
Art. 31.(Bij alle arresten van veroordeling tot levenslange opsluiting of levenslange hechtenis of tot opsluiting voor een termijn van tien tot vijftien jaar of een langere termijn) wordt tegen de veroordeelden levenslange ontzetting uitgesproken van het recht om :
1° Openbare ambten, bedieningen of betrekkingen te vervullen;
2° (...), verkozen te worden; <W 12-04-1894, art. 130>
3° Enig ereteken te dragen of enige adellijke titel te voeren;
4° Gezworene of deskundige te zijn, als instrumentair of attesterend getuige bij akten op te treden; in rechte te getuigen, anders dan om enkel inlichtingen te geven;
(5° Geroepen te worden tot het ambt van voogd, toeziend voogd of curator, behalve over hun eigen kinderen, of om het ambt van gerechtelijk raadsman (, gerechtelijk bewindvoerder over de goederen van een vermoedelijk afwezige) of voorlopig bewindvoerder uit te oefenen.) <W 2001-04-29/39, art. 73, 054; Inwerkingtreding : 01-08-2001> <W 2007-05-09/44, art. 48, 067; Inwerkingtreding : 01-07-2007>
6° (een wapen of munitie te vervaardigen, te wijzigen, te herstellen, over te dragen, voorhanden te hebben, te dragen, te vervoeren, in, uit, of door te voeren, of te dienen in de Krijgsmacht.) <W 2006-06-08/30, art. 38, 057; Inwerkingtreding : 09-06-2006>
[1 De arresten van veroordeling bedoeld in het vorige lid kunnen bovendien tegen de veroordeelden de ontzetting van het kiesrecht uitspreken, voor hun leven of voor twintig jaar tot dertig jaar.]1
In bijzondere strafwetten is er hier en daar nog een ontzetting voorzien ..ik denk hier vb aan ontzetting uit de ouderlijke macht.
Waar staat in het vonnis dat hij geen zelfstandige meer mag zijn??
----------