“Art.205bis.§ 1. De nalatenschap van de eerststervende echtgenoot...is levensonderhoud verschuldigd aan de LANGSTLEVENDE, indien deze ten tijde van het overlijden behoeftig is...”(Burgerlijk Wetboek).
Die bepaling is niet uitbreidbaar tot kinderen,die erfgenaam zijn van de nalatenschap van hun onderhoudsplichtige ouder.
Vergelijk echter : ‘Tussen partijen bestond een duurzame intentionele relatie die bevestigd wordt door het feit dat zij samen twee kinderen kregen.Partijen maken een einde aan hun relatie.In casu is zonder de minste twijfel een natuurlijke verbintenis ontstaan die wordt omgevormd in een gerechtelijke verbintenis die in rechte afdwingbaar is.De lotsverbondenheid van beide partijen resulteerde o.m. in het feit dat eiseres zonder eigen inkomsten is.Het komt derhalve redelijk voor dat een overgangsperiode zou worden ingebouwd die de eiseres moet toelaten om opnieuw een zelfstandig leven te leiden.Tijdens deze periode(max. 5 jaar) moet eiseres een maandelijkse uitkering ontvangen van verweerder‘(Vred.Gent 6 juli 1998,T.B.B.R. 1998,468).
Ga volledigheidshalve naar (geconsolideerde wetgeving) onder Belgisch Staatsblad in
http://just.fgov.be .Klik voor WetBOEKEN in de balk achter ’Juridische aard’ op het omgekeerd driehoekje uiterst rechts.