vraag:
toen mijn moeder overleed in 1990 was er in haar nalatenschap niet alleen -een deel van- de ouderlijke woonst, doch ook een huis dat zij zelf verworven had , met steun van haar moeder, mijn grootmoeder. mijn ouders waren getrouwd onder de gewone gemeenschap van goederen. en ik ben enig kind ; echter, zoals in de aankoopakte van toen stond gestipuleerd, was dit 'eigen' huis naakte eigendom van wijlen mijn moeder en was het vruchtgebruik voor mijn grootmoeder, teneinde 'wederbelegging van gelden' te compenseren, zijnde een onderlinge lening. Na het overlijden van moeder huwde mijn vader voor de tweede maal.
Onlangs is grootmoeder overleden, haar vruchtgebruik is dus mijns inziens vervallen, doch dit zou dan naar mijn vader gaan als ik het goed begrepen heb , ondanks hertrouwen, en het feit dat hij en mijn moeder in een echtscheidingsprocedure zaten ten tijde van haar overlijden, bovenop het feit dat ik sinds 1993 geen contact meer met hem heb na diepgaande familiale ruzies.. Klopt dit, of is er hier een weg om het (moreel) recht op deze erfenis te verkrijgen ?