#5 , 02 apr 2015 11:08
“Art.203.§ 1. De ouders dienen naar evenredigheid van hun middelen te zorgen voor de huisvesting, het levensonderhoud, de gezondheid, het toezicht, de opvoeding, de opleiding en de ontplooiing van hun kinderen. Indien de opleiding niet voltooid is, loopt de verplichting door na de meerderjarigheid van het kind.§ 2. Met middelen wordt onder andere bedoeld alle beroepsinkomsten, roerende en onroerende inkomsten van de ouders, alsook alle voordelen en andere middelen die hun levensstandaard en deze van de kinderen waarborgen...”(Burgerlijk Wetboek).
“Art.1320.De vorderingen tot toekenning, verhoging, verlaging of afschaffing van de uitkering tot levensonderhoud kunnen worden ingesteld bij verzoekschrift op tegenspraak, overeenkomstig de artikelen 1034bis tot 1034sexies.Art.1321. § 1. Behoudens akkoord van de partijen over het bedrag van de onderhoudsbijdrage in het belang van het kind, vermeldt elke rechterlijke beslissing die de onderhoudsbijdrage vaststelt op grond van artikel 203, § 1, van het Burgerlijk Wetboek volgende elementen :
1° de aard en het bedrag van de middelen van elk van de ouders door de familierechtbank in acht genomen op grond van artikel 203, § 2, van het Burgerlijk Wetboek;
2° de gewone kosten waaruit het budget voor het kind is samengesteld alsook de manier waarop deze begroot zijn;
3° de aard van de buitengewone kosten die in acht genomen kunnen worden, het deel van deze kosten dat elk van de ouders voor zijn rekening dient te nemen alsook de modaliteiten voor de aanwending van deze kosten;
4° de verblijfsregeling van het kind en de bijdrage in natura van elk van de ouders in het levensonderhoud van het kind tengevolge van deze verblijfsregeling;
5° het bedrag van de kinderbijslag en van de sociale en fiscale voordelen van alle aard die elk van de ouders voor het kind ontvangt;
6° de inkomsten die elk van de ouders in voorkomend geval ontvangt uit het genot van de goederen van het kind;
7° het aandeel van elk van de ouders in de tenlasteneming van de kosten voortvloeiende uit artikel 203, § 1, van het Burgerlijk Wetboek en de daarop eventueel vastgestelde onderhoudsbijdrage, evenals de modaliteiten voor de aanpassing ervan op grond van artikel 203quater van het Burgerlijk Wetboek;
8° de bijzondere omstandigheden van de zaak die in acht genomen zijn...”(Gerechtelijk Wetboek).
Een advocaat is in principe hiervoor niet onmisbaar.
Ga naar Belgische wetgeving in JUSTEL-databanken van Belgisch Staatsblad. Klik voor WetBOEKEN achter ’Juridische aard’. Op afkondigingsdatum vindt u de overige akten. Inzake FEDERALE fiscale wetgeving zie http://www.fisconetplus.be/