Mijn vrouw wordt onterecht beschuldigd van een ongeluk met stoffelijke schade en het plegen van vluchtmisdrijf. Zij wordt 10 dagen na de vermeende feiten opgebeld door een politie inspecteur. Hij vraagt naar haar naam en of ze momenteel thuis is. Mijn vrouw antwoord dat ze aan het werk is. "Waar?", antwoord de inspecteur. Mijn vrouw weet niet over wie of wat het gaat en geeft dus het adres door waar ze aan het werk is. De inspecteur staat een half uur later voor de deur. Hij vertelt haar niet over wat het gaat, maar vraagt haar enkel waar de auto staat. Nadien zegt hij dat het gaat over een ongeluk met vluchtmisdrijf en dat er een getuige is. Hij zei dat er een getuige was die 3 karakters van de nummerplaat had gezien en dat het een kleine auto was... (PS: de plaats van misdrijf is aan een politiekantoor zone 30)
De inspecteur vertelt enkel dat hij schade moet komen vaststellen, meer niet. Aangezien er op de wagen slechts een kleine kras is (van een paaltje aan een benzinestation) ,vraagt de agent: "Is dit alles?". Mijn vrouw bevestigt. De agent fotografeert de verzekeringspapieren...
Op 4/8/2015 krijgen we een PV van de tegenpartij en zien we pas de datum van de vermeende feiten: 1/07/2015. Er wordt melding gemaakt van 2 partijen. De tegenpartij en mijn vrouw. Over een getuige wordt niet gesproken. Op 5/8/2015 krijgen we een brief van onze verzekeringsmaatschappij om te zeggen dat de verzekering van de tegenpartij heeft gevraagd om de schade te betalen aan de wagen van de tegenpartij. We nemen direct contact op met onze verzekering en leggen alles uit.
De feiten zouden zijn gebeurd op 01/07/2015, maar tot op heden: 6/08/2015 is mijn vrouw nog steeds niet uitgenodigd om een verhoor of verklaring af te leggen. Ondertussen heeft de verzekeringsmaatschappij van de tegenpartij wel reeds contact opgenomen met onze verzekering om de schade te betalen? Kan dit allemaal zo maar?
Misschien is het omdat de tegenpartij blijkt op het gemeentehuis te werken in hetzelfde gebouw waar ook de politie is gehuisvest? En waar nota bene ook het misdrijf zou hebben plaatsgevonden.
Mijn vrouw erkent wel op de plaats te zijn geweest, aangezien ze daar elke dag de kinderen op het speelplein af zet. Maar het uur van de vermeende feiten klopt niet. Zij was daar pas een uur later aanwezig. Dit kunnen we echter niet bewijzen aangezien de inschrijvingslijsten van de kinderen met volgorde van binnenbrengen zijn weggegooid. Deze lijsten worden namelijk beheerd door de 'dienst vrije tijd' van de gemeente. En wie is daar verantwoordelijk van... u raadt het al... de tegenpartij! (We hadden gevraagd aan de monitor van de jeugddienst om de lijsten te mogen inzien, maar zij moest hiervoor toestemming hebben van de verantwoordelijke. De monitor heeft de verantwoordelijke (en dus de tegenpartij) opgebeld en ze heeft verklaard: woord voor woord:" Ik ken mevrouw en Je moet haar die lijsten niet geven, want dat staat er toch niet op"). Wat nu?