#6 , 15 sep 2015 11:03
“Art.1025.Behoudens in de gevallen waarin de wet er uitdrukkelijk van afwijkt, zijn de rechtsplegingen op verzoekschrift geregeld zoals in deze titel(=vordering op eenzijdig verzoekschrift) is bepaald.”(Gerechtelijk Wetboek)
‘Eigenlijk gaat het hier om een eenzijdig verzoekschrift volgens art 1028 Ger.W. ‘
‘Wanneer de rechters in feite en derhalve soeverein vaststellen dat geen uitzonderlijke urgentie valt af te leiden uit de aard zelf van de gevraagde maatregel,kan de vordering in kort geding,bij gebrek aan volstrekte noodzakelijkheid,niet bij wege van een eenzijdig verzoekschrift worden ingediend,(Cass. 13 juni 1975,Arr.Cass. 1975,1088);
‘Aangezien de identiteit van de personen die feitelijkheden begaan niet bij voorbaat gekend is door verzoekster en de syndicale organisaties geen rechtspersoonlijkheid hebben wat hun tussenkomst in rechte verhindert, bevindt verzoekster zich in de materiële onmogelijkheid om de vordering bij dagvaarding in te leiden.De eis kan derhalve slechts op een algemene manier worden ingeleid tegen allen die de vrije toegang tot de lokalen, burelen, opslag- en arbeidsplaatsen van verzoekster belemmeren. Deze situatie impliceert de absolute noodzaak en hoogdringendheid die noodzakelijk zijn voor de ontvankelijkheid van het eenzijdig verzoekschrift’,[Voorz.Rb.Luik AR958009,15 mei 1995,Het Ondernemingsrecht 1995(35,P.91),Le Journal de proces 1995(286,P.26),(P.29-31)]
‘Het recht van verdediging,zoals dat voortvloeit uit art.6 EVRM,staat er niet aan in de weg dat in het geval van volstrekte noodzakelijkheid een procedure op eenzijdig verzoekschrift wordt ingesteld,op voorwaarde dat de wet in een dergelijke procedure voorziet en dat belanghebbenden de mogelijkheid hebben om er ter vrijwaring van hun rechten tegenspraak te voeren‘,[Cass. 14 januari 2005(G.B./N.en K.),R.W.2005-06,304-305,Noot STORME Marcel,Art.6 EVRM en het eenzijdig verzoekschrift];
‘Het gaat om een procedure waarin duidelijk vaststaat en de bewijsstukken ook aan de vrederechter werden geleverd, dat de wet (welke van dwingend recht is) NIET WERD GEVOLGD door tegenpartij.’
Hieruit kan niet afgeleid worden dat er uitzonderlijke urgentie is,noch materiële onmogelijkheid te dagvaarden. Bovendien geldt : “Art.1033.Al wie niet in dezelfde hoedanigheid in de zaak is tussengekomen, kan verzet doen tegen de beslissing die zijn rechten benadeelt.”(Ger.W.).
Ga naar Belgische wetgeving in JUSTEL-databanken van Belgisch Staatsblad. Klik voor WetBOEKEN achter ’Juridische aard’. Op afkondigingsdatum vindt u de overige akten. Inzake FEDERALE fiscale wetgeving zie http://www.fisconetplus.be/