Betreft die derde vraag. Tot wie kunnen wij ons best wenden om ervoor te zorgen dat de feestdagen op een incativiteitsdag worden toegekend? Ook op dit vlak blijft het stil bij de werkgever.
als je op een feestdag werkt heb je recht op een dag betaalde inhaalrust te nemen binnen de 6 weken.
is er niks overeengekomen over vervangingsdagen is het de eerst volgende activiteitsdag
Afdeling 2. _ Vervanging van de feestdagen welke met een zondag of een gewone inactiviteitsdag samenvallen.
Art. 6. Wanneer een feestdag met een zondag of een gewone inactiviteitsdag samenvalt, wordt hij door een gewone activiteitsdag vervangen.
Art. 9. Wanneer de vervangingsdag niet overeenkomstig het bepaalde in deze afdeling werd vastgesteld, wordt de feestdag vervangen door de eerste gewone activiteitsdag die in de onderneming op die feestdag volgt.
Afdeling 4. _ Inhaalrust.
Art. 11. Wanneer een werknemer tijdens een feestdag werd tewerkgesteld, heeft hij recht op een inhaalrust.
De inhaalrust bedraagt een volle dag, indien de arbeid langer dan vier uren heeft geduurd en ten minste een halve dag indien hij niet langer dan vier uren heeft geduurd; in dit laatste geval moet de inhaalrust worden verleend vóór of na 13 uur en op die dag mag niet langer dan vijf uur arbeid worden verricht.
De Koning kan een andere regeling voor inhaalrust dan die bepaald in het tweede lid voorschrijven. Hij mag evenwel de daarin voorziene duur van de inhaalrust niet wijzigen, tenzij om deze vast te stellen op de werkelijke duur van de verrichte arbeid.
De inhaalrust dient op de arbeidsduur aangerekend te worden en mag niet met deze, toegekend op grond van hoofdstuk III van de arbeidswet van 16 maart 1971, samenvallen.
Deze rust wordt toegekend binnen de zes weken welke op de feestdag volgen.
In het geval waarin de inhaalrust niet tijdens bovenvermelde periode kan verleend worden, hetzij ingevolge de schorsing van de uitvoering van de arbeidsovereenkomst, zo het de bij artikel 1, eerste lid, bedoelde werknemers betreft, hetzij ingevolge de tijdelijke gevolgen van een geval van overmacht, zo het de bij artikel 1, tweede lid, 1°, bedoelde werknemers betreft, wordt zij toegekend binnen de zes weken welke respectievelijk op de verdwijning van de schorsingsoorzaken of op het einde van de tijdelijke gevolgen van het geval van overmacht volgen.
Indien een opzeggingstermijn tijdens de voormelde periodes loopt, moet de inhaalrust worden toegekend vóór het verstrijken van die termijn.
Art. 14. § 1. De werknemer heeft recht op loon voor elke feestdag of vervangingsdag, tijdens welke hij niet werd tewerkgesteld, evenals voor elke inhaalrustdag.
Deze inlichtingen zijn louter informatief en onder alle voorbehoud. Er kunnen geen rechten aan verbonden worden