Iemand stuurde me dit door (via
https://assets.vlaanderen.be/image/uplo ... lcbivw.pdf)
Maar ook in Gent zou dit anders zijn "In Gent is er echter wel de verplichting dat elke huurder in deze situatie, waar er sprake is cohousing, zijn domicilie daar vestigt. Indien dit niet wordt gedaan, is er sprake van onwettige samenwoning" (dit had iemand mij laten weten) Dus ik snap niet goed of het in mijn situatie wel of niet mogelijk is.
1.8 WAT ALS EEN STUDENT EN EEN NIET-STUDENT SAMEN WILLEN
HUREN?
Momenteel is er geen specifieke wettelijke regeling voorzien voor het geval waarin een student en een niet-student samen willen huren. Er zijn verschillende oplossingen denkbaar. Een eerste mogelijkheid is dat de niet-student die zijn hoofdverblijfplaats in de woning heeft, het huurcontract sluit en de student laat bijwonen. De huurovereenkomst is dan onderworpen aan titel II van het Vlaams Woninghuurdecreet. Dit kan voor de betrokkenen echter minder interessant zijn: alleen de niet-student is huurder en kan worden aangesproken voor de huurdersverplichtingen. In plaats van de student te laten bijwonen, is het ook een mogelijkheid dat de niet-student onderverhuurt aan de student. Volgens het Vlaams Woninghuurdecreet mag de huurder een deel van de woning onderverhuren, op voorwaarde dat de verhuurder daarmee instemt. Dat zou eventueel een oplossing kunnen zijn, al zal dat ook niet in alle gevallen soelaas bieden. Hoewel je bij een tweekamerappartement nog zou kunnen aannemen dat 1 kamer wordt onderverhuurd en de keuken/badkamer gemeenschappelijk zijn, is dat al moeilijker bij een studio of een één kamerappartement. Een volledig andere oplossing bestaat erin dat zowel de niet-student, als de student het huurcontract ondertekenen. Zolang één van de huurders zijn hoofdverblijfplaats in de woning heeft, kan er van worden uitgegaan dat titel II van het Vlaams Woninghuurdecreet (hoofdverblijfplaats) primeert en de toepassing van titel III van het Vlaams Woninghuurdecreet (studentenhuur) als het ware opslorpt. Als beide partners (student en niet-student) dan het huurcontract tekenen, is titel II op hen beiden van toepassing, omdat die regeling sowieso van toepassing is op de niet-student die in de woning zijn hoofdverblijfplaats heeft en hij in ieder geval de bescherming van titel II van het Vlaams Woninghuurdecreet geniet. Tot slot kan de regeling inzake medehuur (artikel 52 Vlaams Woninghuurdecreet) hier niet worden ingeroepen, omdat deze regeling ervan uitgaat dat de bewoner, voor wie wordt verzocht om ook huurder te worden, zijn hoofdverblijfplaats in de woning heeft. De niet-student die het huurcontract heeft pagina 7 van 26 gesloten zou eventueel aan de verhuurder kunnen vragen of de bewoner medehuurder wordt. Als die daarmee akkoord gaat, zou volgens de ‘absorptietheorie’ titel II van toepassing zijn op de volledige huurovereenkomst. Maar als de verhuurder daar niet mee akkoord gaat, kan de vrederechter niet gevat worden, omdat de bijwoner er zijn hoofdverblijfplaats niet heeft en artikel 52 Vlaams Woninghuurdecreet dat vereist.