#8 , 29 jan 2008 15:30
7 december 2006 Programmawet (I), B.S. 28 december 2006
Art. 73. In artikel 3, § 5, van Boek III, Titel VIII, Hoofdstuk II, Afdeling II, van het Burgerlijk Wetboek, wordt het volgende lid ingevoegd tussen het tweede en derde lid :
« Zolang het huurcontract niet geregistreerd is na de termijn van twee maanden bedoeld in artikel 32, 5°, van het Wetboek der registratie-, hypotheek- en griffierechten, zijn zowel de in het eerste lid bedoelde opzeggingstermijn als de in het tweede lid bedoelde vergoeding niet van toepassing. »
Art. 74. Tussen artikel 5 en 6 van Boek III, Titel VIII, Hoofdstuk II, Afdeling II, van het Burgerlijk Wetboek wordt een artikel 5bis ingevoegd, luidend als volgt :
« Art. 5bis. - De verplichting van de registratie van de huurovereenkomst rust op de verhuurder. De kosten verbonden aan een eventueel laattijdige registratie zijn volledig ten zijne laste ».
Art. 75. De artikelen 73 en 74 treden in werking op 1 juli 2007.
Let wel op. Het niet moeten respecteren van een opzegtermijn als de huurovereenkomst niet geregistreerd is geldt niet voor de overeenkomsten van bepaalde duur (maximum drie jaar).
Ik volg Mr. Verherstraeten niet waar hij schrijft: "Indien U als huurder dit moest doen, kan U zich niet beroepen op het feit dat het niet werd geregistreerd. " Dit blijkt uit geen enkel wettekst.
De registratie van de huurovereenkomst is ook belangrijk om deze tegenstelbaar te maken aan de koper. Die moet dan de overeenkomst eerbiedigen. Zie ook Woninghuurwet:
Art. 9. Overdracht van het gehuurde goed.
Indien de huurovereenkomst een vaste dagtekening voor de vervreemding van het gehuurde goed heeft, treedt de verkrijger om niet of onder bezwarende titel in de rechten en verplichtingen van de verhuurder (op de datum van het verlijden van de authentieke akte), zelfs indien de huurovereenkomst het recht van uitzetting in geval van vervreemding bedingt. <W>
Hetzelfde geldt wanneer de huurovereenkomst geen vaste dagtekening voor de vervreemding heeft, indien de huurder het verhuurde goed sinds ten minste zes maanden betrekt. In dat geval kan de verkrijger evenwel de huurovereenkomst te allen tijde beëindigen, om de redenen en onder de voorwaarden bedoeld in artikel 3, §§ 2, 3 en 4, mits aan de huurder, op straffe van verval, een opzegging van drie maanden wordt betekend binnen drie maanden te rekenen (van de datum van het verlijden van de authentieke akte) tot vaststelling van de overgang van eigendom.
scorpioen